Hierna volgen nog de Lady Ariane, Lady Agnes, Lady Alisa, Lady Anne-Lynn, Lady Anne-Beau en Lady Astrid. Ze worden onder klasse van Lloyd’s Register gebouwd.
De Lady Ariane is 22 augustus bij Groningen Shipyards te water gelaten voor de participanten Raymond en Lieke Godlieb in Delfzijl. De oplevering is in oktober. Het laatste schip, de Lady Astrid, wordt in de zomer van 2016 in de vaart gebracht.
De voor Wijnne Barends in samenwerking met Conoship en door Groot Ship Design ontworpen Sea Liner 3700 heeft een GT/NT van 2544/1216 ton. De specifieke gegevens van de met een hefbaar stuurhuis uitgeruste zee-rivierschepen luiden: lengte over alles  88 meter, lengte tussen de loodlijnen 84,98 meter, breedte 13,35 meter, holte 7,05 meter. Ze zijn ontwikkeld voor de vaart op de Noordzee, Rijn en Britse getijdehavens. In de zomer mogen ze ook op de Oostzee en in het Middellandse Zeegebied varen. De schepen hebben één ruim (62,30 x 10,80 meter) met een hoogte van 12,80 meter. De ontwerpdiepgang bij 3000 dwt bedraagt 4,30 meter, bij 3700 ton 4,90 meter. Een 746 kW (1015 pk) Caterpillar 3508C SS levert een snelheid van 10 knopen. De Lady Ami (roepletters PCZT, IMO 9624861) is onder gezag van kapitein Aleksandr Ageev 25 augustus uit Delfzijl vertrokken naar Sutton Bridge om RDF bales (huishoudelijk afval) te laden voor Aalborg. (HZ)