De onder Nederlandse vlag varende Beaumaiden was op 17 oktober 2021 met een lading kunstmest onderweg. Het schip, eigendom van Valparola Beaumaiden en in beheer bij rederij Vertom, is 88,60 meter lang en 12,50 meter breed, met een laadvermogen van 3800 ton. Er waren die dag zeven bemanningsleden aan boord.
De kapitein had die avond de wacht van 20:00 uur tot middernacht. Tussen 19:00 en 21:00 uur dronk hij ongeveer een liter wijn. Een minuut of 20 voor het einde van zijn wacht ging hij in zijn hut naar het toilet, waarna hij op zijn bed in slaap viel. Hij had echter verzuimd de derde stuurman te wekken voor de volgende wachtdienst, van 24:00 tot 04:00 uur. De Beaumaiden heeft zodoende ongeveer vier uur met een onbemande brug gevaren. Dat kon niet goed blijven gaan. Bij Bornholm liep het schip met een snelheid van 10 knopen aan de grond. Dat gebeurde net iets voor 03:30 uur.
Meerdere malen de brug verlaten
Volgens de ILT-inspecteur die het ongeval onderzocht, valt de kapitein te verwijten dat hij niet volgens goed zeemanschap heeft gehandeld en daarmee bemanning, schip en lading in groot gevaar heeft gebracht. Hij heeft tijdens zijn wacht gedronken, verliet meerdere malen ongeoorloofd de brug en zorgde er ook niet voor dat zijn opvolger werd gewekt. Het Bridge Navigational Watch Alarm System schakelde hij uit om aan de volgens hem vervelende taak te ontkomen om elke paar minuten een knop te moeten indrukken.
Ook op andere punten ging de kapitein volgens de inspecteur in de fout. Zo luisterde hij in beschonken toestand naar luide muziek, waardoor hij de luisterwacht op VHF 16 niet goed kon doen. Ook vulde hij het scheepslogboek niet in. De werk- en rusturenlijsten van de uitkijken wel, maar op onjuiste wijze. Door zijn nalatig of zelfs uitblijvend handelen liep het schip uiteindelijk aan de grond. Ook zou hij met zij ‘statement of facts’ valsheid in geschrifte hebben gepleegd. In totaal leefde hij acht verschillende voorschriften niet na.
De man erkende tijdens de zitting van het Tuchtcollege alles wat hem door de inspecteur is verweten, behalve het plegen van valsheid in geschrifte. Dit bezwaar tegen hem is ook als enige ongegrond verklaard.
Behandeld voor alcoholverslaving
De kapitein, die na het incident van 18 oktober 2021 werd ontslagen, zegt zich van het gebeuren niet veel te kunnen herinneren. Het voorval heeft hem wel wakkergeschud. Sinds het incident heeft hij niet meer kunnen varen, omdat zijn gezondheidsverklaring was ingetrokken. Hij heeft zich laten behandelen voor zijn alcoholverslaving. Dit traject is intussen afgerond en hij bezweert het Tuchtcollege dat hij zich nu veel beter voelt.
In zijn verklaring zegt hij ook dat hij zich schaamt om nu wéér voor het Tuchtcollege te moeten verschijnen. De vorige keer was dat nadat hij als kapitein, samen met twee andere bemanningsleden, de coaster Alana Evita per sloep had verlaten om aan wal op stap te gaan. De drie werden later op een onbewoond eiland aangetroffen. Destijds kwam hij nog weg met een schorsing van de vaarbevoegdheid van acht weken, waarvan vier voorwaardelijk.
Alles en iedereen in gevaar gebracht
De straf valt ditmaal echter veel zwaarder uit. Het Tuchtcollege vindt het goed dat hij zijn alcoholverslaving heeft aangepakt maar ziet daarin geen reden de straf te matigen. Hij is ‘hoogst ernstig tekortgeschoten in zijn verantwoordelijkheden als officier van de wacht en in zijn functie als kapitein, met gronding als gevolg’. Daarbij heeft hij alles en iedereen op en in de omgeving van het schip in gevaar gebracht. En zijn alcoholgebruik zorgde bovendien eerder al voor een gevoel van sociale onveiligheid bij bemanningsleden. En zijn fouten aan boord van de Beaumaiden vielen nog binnen zijn proeftijd voor de straf in de zaak met de Alana Evita.
Om deze en andere redenen ziet het Tuchtcollege geen andere mogelijheid dan de maximale straf opleggen. Dat betekent dat hij voor twee jaar zijn vaarbevoegdheid kwijt is. En in de praktijk wordt dat nog langer, want de acht weken schorsing inzake de Alana Evita waren voor de helft voorwaardelijk. Omdat de man binnen zijn proeftijd weer de mist in ging, moet hij van die zaak alsnog de voorwaardelijk opgelegde vier weken schorsing van de vaarbevoegdheid slikken.
Lees ook: