Geen aanwijsbare schuldige machinekamerbrand Waker

De kapitein, hwtk en tweede werktuigkundige van het kustwachtschip Waker hebben geen schuld aan de felle brand die 7 september 2009 op zee uitbrak in de machinekamer van de zeesleper. Dat stelde de inspecteur voor de scheepvaart op de laatste zitting van de Raad voor de Scheepvaart, die na een eeuw ophoudt te bestaan. De raad, voorgezeten door mr. U.W. baron Bentinck, volgde het advies van de inspecteur.

Door Lies Russel
Zo waren veel mensen gelukkig aan het eind van deze laatste zitting, die maandag 26 en dinsdag 27 april in beslag nam en waarop ook opmerkelijke zaken aan het licht kwamen. Zo weigerden kapitein T. Sneep en hwtk J. van Remmerden tot aan de zitting een verklaring over de rampdag af te leggen. Bijvoorbeeld tegenover de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW), zoals gebruikelijk is direct na een ramp. Dit omdat zij bang waren voor vervolging door het Openbaar Ministerie. Dit liet echter vlak voor de zitting van de raad weten dat het afzag van vervolging op grond van een onderzoek van het Korps Landelijke Politie Diensten.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.

Abonneer

Geen aanwijsbare schuldige machinekamerbrand Waker | Schuttevaer.nl

Geen aanwijsbare schuldige machinekamerbrand Waker

De kapitein, hwtk en tweede werktuigkundige van het kustwachtschip Waker hebben geen schuld aan de felle brand die 7 september 2009 op zee uitbrak in de machinekamer van de zeesleper. Dat stelde de inspecteur voor de scheepvaart op de laatste zitting van de Raad voor de Scheepvaart, die na een eeuw ophoudt te bestaan. De raad, voorgezeten door mr. U.W. baron Bentinck, volgde het advies van de inspecteur.

Door Lies Russel
Zo waren veel mensen gelukkig aan het eind van deze laatste zitting, die maandag 26 en dinsdag 27 april in beslag nam en waarop ook opmerkelijke zaken aan het licht kwamen. Zo weigerden kapitein T. Sneep en hwtk J. van Remmerden tot aan de zitting een verklaring over de rampdag af te leggen. Bijvoorbeeld tegenover de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW), zoals gebruikelijk is direct na een ramp. Dit omdat zij bang waren voor vervolging door het Openbaar Ministerie. Dit liet echter vlak voor de zitting van de raad weten dat het afzag van vervolging op grond van een onderzoek van het Korps Landelijke Politie Diensten.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.

Abonneer