Vliegende schotels

Als het werkt: UFO-waarnemingen

De Amerikaanse overheid komt zo eens in de zoveel tijd met een rapport over Ongeïdentificeerde Vliegende Objecten, in de regel UFO’s of domweg vliegende schotels genoemd. De meeste incidenten met UFO’s hebben boven land plaats, maar en zijn er nu toch twee, die bovendien veel gemeen hebben, die boven zee plaatsvonden. Lees en huiver.

De UFO uit 2004 is vanuit de straaljagers gefilmd, zij het alles behalve scherp. De waarnemingen van de piloten zijn gedetailleerder en spreken van een koepelvormig object. Beeld Jeroen Bons

Het eerste incident deed zich voor op 4 oktober 1967 om 23:20 uur. Op z’n minst 11 mensen zagen toen een laagvliegend verlicht object min of meer recht op het kleine haventje Shag Harbor afkomen. Shag Harbor is een onbeduidend plaatsje op het Canadese schiereiland Nova Scotia. Het toestel, of wat het ook was, voerde vier oranje lichten en maakte een fluitend geluid, als van een vallende bom. Wat overging in een ‘woesh’-geluid, gevolgd door een luide knal toen het object een helling over 45 graden kreeg en op het water terechtkwam, waar het enige tijd bleef drijven.

Politierapport

De toeschouwers wisten niet wat het was, maar vermoedden een explosie aan boord van een vliegtuig en belden zij ogenblikkelijk de politie. Het is daardoor één van de weinige UFO-incidenten waarvan een officiële instantie een verslag heeft gemaakt.

Ook een politieman die toevallig in de buurt was had het object gezien en schatte de afmeting ervan op zo’n 20 meter. Binnen een kwartier na de telefoontjes waren 10 politiemensen ter plaatse. Met het oog op mogelijke drenkelingen werd de reddingsdienst in Halifax benaderd. Bovendien wilden de agenten weten of er een vliegtuig werd vermist. Maar voordat een reddingsoperatie kon beginnen, zakte het object al weg in de golven.

Dikke laag schuim

Desondanks werd binnen een half uur na de crash een reddingsmissie in gang gezet, voornamelijk bestaande uit locale vissersboten en de Canadese kustwacht. Maar er werden geen brokstukken en geen drenkelingen of slachtoffers gevonden. Wel lag er een dikke laag vreemd geel schuim op het water waar de boten doorheen moesten ploegen. Dat had de UFO achtergelaten juist voordat het in de golven verdween. Het had zich voor zijn duik in het diepe nog even kunnen verplaatsen, waarbij het door inmiddels wel 60 mensen was waargenomen vanuit verschillende standpunten. Uiteindelijk werden de afmetingen omschreven als: een koepelvorm van 20 meter bij 5 meter hoog.

Straaljagerpiloten

Dit lijkt verdacht veel op een incident in november 2004 aan de andere zijde van Amerika, niet boven de Atlantische, maar boven de Stille Oceaan. Hierbij waren twee piloten van de US Air Force betrokken, alsmede diverse radartechnici van de USS Princeton, die alles op hun schermen konden volgen. Beide piloten, David Fravor en Jim Slaight, vlogen op dat moment in hun snelle F18-F Super Hornet straaljagers toen zij vanaf de grond opdracht kregen naar iets vreemds toe te gaan dat op de radarschermen zichtbaar was. Daar snel aangekomen, troffen zij in eerste instantie niets aan. Maar het object had zich van 80.000 voet (27 kilometer) in korte tijd naar 20.000 voet verplaatst, waar het bleef rondhangen, waarna het weer omhoog schoot. De beide piloten konden zo dichtbij het object komen, dat hun radarbeelden aan boord van de Princeton samen vielen. Het object was weer plotseling verdwenen, maar bevond zich nu waarschijnlijk juist onder de golven, want er waren verstoringen in het golfpatroon te zien, om precies te zijn kolkend schuim. Of het om hetzelfde gele schuim ging dat in 1967 was gesignaleerd, was vanuit de straaljagers niet duidelijk te zien.

Bedoelingen

Na deze duik in het oceaanwater steeg het object ook weer snel op. Zo snel dat de beide piloten het niet meer met hun toestellen konden volgen. Ze hadden wel kunnen zien dat het een ovaal object was van ongeveer 40 voet lang (13 meter), dus ongeveer in de orde van de geschatte 20 meter van de waarneming in Nova Scotia. Ook het vermogen om zich ultrasnel zowel in de lucht als in het water te kunnen voortbewegen was opvallend.

Het wordt dus uitkijken geblazen naar ovale objecten, die zich met zeer grote snelheid zowel onder als boven water kunnen verplaatsen. Er zijn nog geen aanwijzingen dat deze mogelijk buitenaardse bezoekers slechte bedoelingen hebben. Misschien dat ze gewoon af en toe een planeet opzoeken waar ze eens een frisse duik kunnen nemen om het schuim van zich af te spoelen.

De crash site van 1967 is een toeristische trekpleister geworden. De waarnemingen aldaar vertonen grote overeenkomsten met die van de piloten uit 2004.

Lees ook:

Drones laten boven Maasvlakte zien wat ze kunnen

Als het werkt: Mariniseren

Als het werkt: UFO-waarnemingen | Schuttevaer.nl
Vliegende schotels

Als het werkt: UFO-waarnemingen

De Amerikaanse overheid komt zo eens in de zoveel tijd met een rapport over Ongeïdentificeerde Vliegende Objecten, in de regel UFO’s of domweg vliegende schotels genoemd. De meeste incidenten met UFO’s hebben boven land plaats, maar en zijn er nu toch twee, die bovendien veel gemeen hebben, die boven zee plaatsvonden. Lees en huiver.

De UFO uit 2004 is vanuit de straaljagers gefilmd, zij het alles behalve scherp. De waarnemingen van de piloten zijn gedetailleerder en spreken van een koepelvormig object. Beeld Jeroen Bons

Het eerste incident deed zich voor op 4 oktober 1967 om 23:20 uur. Op z’n minst 11 mensen zagen toen een laagvliegend verlicht object min of meer recht op het kleine haventje Shag Harbor afkomen. Shag Harbor is een onbeduidend plaatsje op het Canadese schiereiland Nova Scotia. Het toestel, of wat het ook was, voerde vier oranje lichten en maakte een fluitend geluid, als van een vallende bom. Wat overging in een ‘woesh’-geluid, gevolgd door een luide knal toen het object een helling over 45 graden kreeg en op het water terechtkwam, waar het enige tijd bleef drijven.

Politierapport

De toeschouwers wisten niet wat het was, maar vermoedden een explosie aan boord van een vliegtuig en belden zij ogenblikkelijk de politie. Het is daardoor één van de weinige UFO-incidenten waarvan een officiële instantie een verslag heeft gemaakt.

Ook een politieman die toevallig in de buurt was had het object gezien en schatte de afmeting ervan op zo’n 20 meter. Binnen een kwartier na de telefoontjes waren 10 politiemensen ter plaatse. Met het oog op mogelijke drenkelingen werd de reddingsdienst in Halifax benaderd. Bovendien wilden de agenten weten of er een vliegtuig werd vermist. Maar voordat een reddingsoperatie kon beginnen, zakte het object al weg in de golven.

Dikke laag schuim

Desondanks werd binnen een half uur na de crash een reddingsmissie in gang gezet, voornamelijk bestaande uit locale vissersboten en de Canadese kustwacht. Maar er werden geen brokstukken en geen drenkelingen of slachtoffers gevonden. Wel lag er een dikke laag vreemd geel schuim op het water waar de boten doorheen moesten ploegen. Dat had de UFO achtergelaten juist voordat het in de golven verdween. Het had zich voor zijn duik in het diepe nog even kunnen verplaatsen, waarbij het door inmiddels wel 60 mensen was waargenomen vanuit verschillende standpunten. Uiteindelijk werden de afmetingen omschreven als: een koepelvorm van 20 meter bij 5 meter hoog.

Straaljagerpiloten

Dit lijkt verdacht veel op een incident in november 2004 aan de andere zijde van Amerika, niet boven de Atlantische, maar boven de Stille Oceaan. Hierbij waren twee piloten van de US Air Force betrokken, alsmede diverse radartechnici van de USS Princeton, die alles op hun schermen konden volgen. Beide piloten, David Fravor en Jim Slaight, vlogen op dat moment in hun snelle F18-F Super Hornet straaljagers toen zij vanaf de grond opdracht kregen naar iets vreemds toe te gaan dat op de radarschermen zichtbaar was. Daar snel aangekomen, troffen zij in eerste instantie niets aan. Maar het object had zich van 80.000 voet (27 kilometer) in korte tijd naar 20.000 voet verplaatst, waar het bleef rondhangen, waarna het weer omhoog schoot. De beide piloten konden zo dichtbij het object komen, dat hun radarbeelden aan boord van de Princeton samen vielen. Het object was weer plotseling verdwenen, maar bevond zich nu waarschijnlijk juist onder de golven, want er waren verstoringen in het golfpatroon te zien, om precies te zijn kolkend schuim. Of het om hetzelfde gele schuim ging dat in 1967 was gesignaleerd, was vanuit de straaljagers niet duidelijk te zien.

Bedoelingen

Na deze duik in het oceaanwater steeg het object ook weer snel op. Zo snel dat de beide piloten het niet meer met hun toestellen konden volgen. Ze hadden wel kunnen zien dat het een ovaal object was van ongeveer 40 voet lang (13 meter), dus ongeveer in de orde van de geschatte 20 meter van de waarneming in Nova Scotia. Ook het vermogen om zich ultrasnel zowel in de lucht als in het water te kunnen voortbewegen was opvallend.

Het wordt dus uitkijken geblazen naar ovale objecten, die zich met zeer grote snelheid zowel onder als boven water kunnen verplaatsen. Er zijn nog geen aanwijzingen dat deze mogelijk buitenaardse bezoekers slechte bedoelingen hebben. Misschien dat ze gewoon af en toe een planeet opzoeken waar ze eens een frisse duik kunnen nemen om het schuim van zich af te spoelen.

De crash site van 1967 is een toeristische trekpleister geworden. De waarnemingen aldaar vertonen grote overeenkomsten met die van de piloten uit 2004.

Lees ook:

Drones laten boven Maasvlakte zien wat ze kunnen

Als het werkt: Mariniseren