Pioneering Spirit tilt Brent Bravo uit zee

Offshoreaannemer Allseas heeft met de Pioneering Spirit de 25.000 ton wegende topsidemodule van het Brent Bravo olie/gasproductieplatform uit zee verwijderd.

De Pioneering Spirit vlak voor het liften van de topsidemodule van het Brent Bravo olie/gasproductieplatform. (Foto Allseas)

Kort na het weghalen van een grote accommodatiemodule uit het Noorse Valhall-veld kwam de Pioneering Spirit op 186 kilometer ten noordoosten van de Shetland Eilanden in actie. Hier moest voor Shell UK de 125 meter hoge en 70 meter brede Brent Bravo topsidemodule van haar drie betonnen pijlers worden getild. De waterdiepte bij het Brent Bravo platform bedroeg 140 meter. De gehele operatie, van het positioneren van de Pioneering Spirit rond de pijlers van het platform tot het liften van de module, duurde slechts vier uur. Met de topsidemodule aan boord voer het hefschip naar Hartlepool, waar de 25.000 ton wegende kolos op de Allseas-ponton Iron Lady werd gezet. Deze zou de module naar de sloopwerf van Able UK in Teesside brengen.

Op herhaling

Het was de tweede keer dat het slagschip van Allseas in het Brent-veld in actie kwam. De eerste keer gebeurde dit in april 2017 toen het 24.200 ton wegende Brent Delta olie/gasproductieplatform uit zee moest worden verwijderd. Hiermee werd destijds het eerste wereldhefrecord gevestigd voor het innovatieve vaartuig. Op deze locatie zit het werk er voor Allseas echter nog niet op, want op het programma staat ook nog het verwijderen van de laatste twee grote topsides uit het Brent-veld. Dit zijn Brent Alpha met een gewicht van 15.000 ton en Brent Charlie met een gewicht van 29.500 ton, beide eveneens van Shell UK. In portefeuille zit ook nog een opdracht van Equinor voor het uit de Noorse sector van de Noordzee weghalen van de 48.000 ton wegende Statfjord A topside. Hierbij zal de grens van de hefcapaciteit van de Pioneering Spirit worden bereikt. Verder dienen te worden verwijderd delen van platformen van Maersk Oil uit het Deense Tyra-veld en de 12.500 ton wegende Ninian North topside van CNRI in de Britse sector.

Pijpen leggen

Wat het in zee installeren van topsides betreft moet voor Husky Energy ten behoeve van het West White Rose-project in Canadese wateren een 23.000 ton wegende topside worden geplaatst. En in de Noorse sector van de Noordzee voor Equinor, ten behoeve van het Johan Sverdrup 2-project, een 27.000 ton wegende topside.

Maar eerst gaat de Pioneering Spirit zich komende tijd weer bezighouden met de aanleg van pijpleidingen voor het Nord Stream 2-project in de Oostzee. Volgens Allseas is met het 382 meter lange en 124 meter brede schip sinds de ingebruikname al meer dan 130.000 ton aan topsidegewicht gelift en meer dan 1500 kilometer aan pijpleiding gelegd. Het wereldhefrecord staat inmiddels op 26.000 ton, eerder dit jaar gevestigd tijdens de installatie van het topside van het Johan Sverdrup productieplatform van Equinor in de Noorse sector van de Noordzee.

Pioneering Spirit tilt Brent Bravo uit zee | Schuttevaer.nl

Pioneering Spirit tilt Brent Bravo uit zee

Offshoreaannemer Allseas heeft met de Pioneering Spirit de 25.000 ton wegende topsidemodule van het Brent Bravo olie/gasproductieplatform uit zee verwijderd.

De Pioneering Spirit vlak voor het liften van de topsidemodule van het Brent Bravo olie/gasproductieplatform. (Foto Allseas)

Kort na het weghalen van een grote accommodatiemodule uit het Noorse Valhall-veld kwam de Pioneering Spirit op 186 kilometer ten noordoosten van de Shetland Eilanden in actie. Hier moest voor Shell UK de 125 meter hoge en 70 meter brede Brent Bravo topsidemodule van haar drie betonnen pijlers worden getild. De waterdiepte bij het Brent Bravo platform bedroeg 140 meter. De gehele operatie, van het positioneren van de Pioneering Spirit rond de pijlers van het platform tot het liften van de module, duurde slechts vier uur. Met de topsidemodule aan boord voer het hefschip naar Hartlepool, waar de 25.000 ton wegende kolos op de Allseas-ponton Iron Lady werd gezet. Deze zou de module naar de sloopwerf van Able UK in Teesside brengen.

Op herhaling

Het was de tweede keer dat het slagschip van Allseas in het Brent-veld in actie kwam. De eerste keer gebeurde dit in april 2017 toen het 24.200 ton wegende Brent Delta olie/gasproductieplatform uit zee moest worden verwijderd. Hiermee werd destijds het eerste wereldhefrecord gevestigd voor het innovatieve vaartuig. Op deze locatie zit het werk er voor Allseas echter nog niet op, want op het programma staat ook nog het verwijderen van de laatste twee grote topsides uit het Brent-veld. Dit zijn Brent Alpha met een gewicht van 15.000 ton en Brent Charlie met een gewicht van 29.500 ton, beide eveneens van Shell UK. In portefeuille zit ook nog een opdracht van Equinor voor het uit de Noorse sector van de Noordzee weghalen van de 48.000 ton wegende Statfjord A topside. Hierbij zal de grens van de hefcapaciteit van de Pioneering Spirit worden bereikt. Verder dienen te worden verwijderd delen van platformen van Maersk Oil uit het Deense Tyra-veld en de 12.500 ton wegende Ninian North topside van CNRI in de Britse sector.

Pijpen leggen

Wat het in zee installeren van topsides betreft moet voor Husky Energy ten behoeve van het West White Rose-project in Canadese wateren een 23.000 ton wegende topside worden geplaatst. En in de Noorse sector van de Noordzee voor Equinor, ten behoeve van het Johan Sverdrup 2-project, een 27.000 ton wegende topside.

Maar eerst gaat de Pioneering Spirit zich komende tijd weer bezighouden met de aanleg van pijpleidingen voor het Nord Stream 2-project in de Oostzee. Volgens Allseas is met het 382 meter lange en 124 meter brede schip sinds de ingebruikname al meer dan 130.000 ton aan topsidegewicht gelift en meer dan 1500 kilometer aan pijpleiding gelegd. Het wereldhefrecord staat inmiddels op 26.000 ton, eerder dit jaar gevestigd tijdens de installatie van het topside van het Johan Sverdrup productieplatform van Equinor in de Noorse sector van de Noordzee.