BLN-Koninklijke Schuttevaer kiest Erik Schultz als voorzitter

De huidige interim-voorzitter van BLN-Koninklijke Schuttevaer Erik Schultz is op het jaarcongres van de vereniging in Doorwerth bij acclamatie verkozen tot voorzitter. In zijn jaarrede riep hij de leden op zaken niet nodeloos ingewikkeld te maken en, als het gaat om in het integratietraject naar de branchebrede organisatie Binnenvaart Logistiek Nederland, met beide benen op de grond te blijven staan.

Erik Schultz

Schultz sprak de volgende jaarrede uit:

Geachte dames en heren, leden, ereleden, gasten,
Ik heet u van harte welkom op de 165ste jaarvergadering van BLN-Koninklijke Schuttevaer. Geïnspireerd door deze mooie en vertrouwde omgeving waar van oudsher de grote rivieren het sfeerbeeld bepalen, neem ik mij voor om met u de komende twee dagen BLN-Koninklijke Schuttevaer centraal te stellen en met de beide benen op de grond te blijven staan. En laten we zaken vooral niet zo ingewikkeld maken. Dit laatste stel ik centraal in mijn jaarrede. Met beide benen op de grond, maar gelijk ook stappen maken.

Het water geeft en het water neemt. Ondanks deze moeilijke tijd heeft de rivier ons in het verleden veel voorspoed gebracht. Zij zal dat in de toekomst weer doen als wij nu de juiste keuzen maken. Keuzen voor eensgezindheid i.p.v. verdeeldheid, een keuze voor vertrouwen in elkaar en samenwerking, i.p.v. individualisme en egoïsme, krachtenbundeling en eensgezindheid i.p.v. gedoe en amateurisme. En samenwerken.
Wanneer u mij vraagt wat mij drijft om voorzitter te zijn van BLN-Koninklijke Schuttevaer dan zijn het deze positieve waarden en uitdagingen. Daar zet ik mij voor in.

De afgelopen maanden waren niet makkelijk. Ik wil er niet te lang bij stilstaan – het lijkt al maanden geleden – maar het vertrek van Annemarie Jorritsma en Ype Dijkstra markeert ook de afsluiting van een periode waarin veel is bereikt. Een periode waarin Schuttevaer op eigen kracht met relatief weinig middelen, mede dankzij deze sterke bestuurders, een stevige vertegenwoordiging kon neerzetten. Schuttevaer is mede dankzij hen een sterk merk geworden en heeft aanzien verworven. Daar zijn we trots op. Dat willen we behouden. De wens tot een sterke vertegenwoordiging voor de gehele binnenvaart heeft een omslag veroorzaakt. Daarin is Binnenvaart Logistiek Nederland ontstaan en daar horen wij bij. Noodzakelijk en onvermijdelijk naar mijn oordeel. De nieuwe tijd vraagt om een andere aanpak.

De komende tijd zal er een moeten zijn van samenwerking en bundeling van krachten in de sector met als einddoel één grote sterke binnenvaartorganisatie en een krachtige binnenvaartsector. Eén loket binnenvaart. Ik wil daarbij niet de verwachting wekken dat het allemaal heel makkelijk en snel zal gaan, maar ik zal mij er persoonlijk voor inzetten echt "meters" te gaan maken. Met de besluiten van hedenochtend heeft u ons daartoe gemandateerd. Hartelijk dank voor dit vertrouwen. Maar alleen eenheid in organisatieland is niet voldoende. We zullen ook een gezamenlijke visie op de toekomst moeten hebben en ook als ondernemers beter moeten samenwerken. Daar ligt de oplossing voor onze problemen.

In dit kader is het wel gepast om onze voormalige voorzitter en vice-voorzitter te bedanken voor bewezen diensten. Wij hadden ons hun vertrek anders voorgesteld, maar soms lopen de zaken nu eenmaal zo. Wij zijn verheugd over het feit dat Annemarie Jorritsma vooralsnog wel voorzitter van het Centraal Overleg Vaarwegen blijft (ons samenwerkingsverband met EVO en Waterbouwers). Ype Dijkstra blijft voorzitter van onze afdeling Noord-Nederland. Zo gaan we binnen Schuttevaer met elkaar om. We kunnen van mening verschillen maar we blijven wel bij elkaar. Het grote pluspunt van Schuttevaer is en was dat elke stroming in de binnenvaart zich er thuis kan voelen. Ook dat moet in de toekomst zo blijven.

Tegelijkertijd willen wij in volle omvang met alle kracht die we hebben ruimte geven en bijdragen aan een goede samenwerking binnen BLN met onze partners. Niemand hoeft te twijfelen aan onze goede intenties om BLN tot een grote en sterke organisatie te maken.

Ik ben daar als vice-voorzitter ook volop mee bezig. Wij voelen ons BLN en zijn BLN in hart en nieren. Het doel moet zijn dat iedereen in de sector dat zo zou voelen, zoals ook iedereen zich, zonder onderscheid naar deelmarkt of scheepsgrootte Schuttevaerlid kan voelen.

De voorzitter van BLN Roland Kortenhorst en ik zijn overtuigd van de kracht en effectiviteit van een gezamenlijk optreden. Ook hier sluiten we de rijen. En niet te ingewikkeld graag. Ik bedoel daarmee in overzichtelijke stappen, borgen waar nodig en oppakken waar mogelijk.

U heeft mij voor dit voorzitterschap gekozen vanuit de gedachte dat het goed is om ons als bestuur te laten leiden door de dagelijkse praktijk van het bedrijf, het (binnenvaart)bedrijf. Daarnaast wil ik staan voor een stuk professionaliteit, eenvoud (open en niet te ingewikkeld) en een goede verstandhouding met de overheidsdiensten. Wij zijn niet de organisatie die alleen maar "nee" zegt. Maar wij durven ook verantwoordelijkheid te nemen, besluiten voor te leggen en met iedereen de discussie aan te gaan. En daarnaast zijn wij niet alleen "Koninklijk" in naam, maar ook in ons optreden. Dat blijft ook zo.

Maar het zijn moeilijke tijden. Soms lijkt het wel of het huisvuildossier het belangrijkste probleem is waar we in deze sector mee geconfronteerd worden. Maar dat is niet zo, hoe ergernisverwekkend -ik kom daar zo nog op terug- de huisvuilkwestie ook mag zijn. Wat meer afstand en relativeringsvermogen zou ons passen. De centrale vraag is hoe de binnenvaart deze crisis doorkomt en de kansen pakt om de meest aantrekkelijke en duurzame vervoerder van de toekomst te worden. Hoe we de vleugels uitslaan en initiatieven nemen. We kunnen dat en doen dat ook getuige vele nieuwe initiatieven (ik noem LNG, de nieuwstaat van onze vloot en de kracht waarmee het lukt nieuwe lading op het water te krijgen). Nieuw elan moet ons leiden naar een glansrijke toekomst waarin ik geloof. Hulde aan de ondernemers die hierin vooraan staan en soms ook risicovolle beslissingen nemen.

Lossen daarmee onze problemen op als sneeuw voor de zon? Nee. Maar het is beter de markt, de maatschappij en onze klanten vanuit een positieve inslag te benaderen, zodat er opnieuw vertrouwen ontstaat in een goede gezamenlijke toekomst. Klagen en navelstaren lost niets op.

Vanuit mijn positie als voorzitter wil ik ook de waarschuwing uitspreken niet door te slaan naar de verkeerde kant. Natuurlijk moeten wij onze vloot vernieuwen en vergroenen, maar niet ten koste van alles. Dat wil zeggen vernieuwen en vergroenen op een verantwoorde manier. Diegenen die stellen dat de binnenvaart z’n voorsprong op het wegvervoer verliest hebben ongelijk. Wij gebruiken drie tot zesmaal minder brandstof per vervoerde eenheid. Dit biedt ons voor onbepaalde tijd een onverslaanbare voorsprong als klimaatvriendelijkste vervoertechniek. De achterstand bij de zwaveldioxide hebben we moeiteloos ingelopen door overschakeling naar zwavelarme dieselolie. Over wat we hier al bereikt hebben horen we niemand. Wij hoeven ons geenszins te schamen en zijn relatief nog steeds milieuvriendelijk en het meest duurzaam. Maar het kan zeker nog beter. En dat moeten we ook leren uit te spreken en daar andere partijen ook van in kennis stellen.

In de toekomst zullen, net als nu, onze nieuwe motoren aan hoge emissie-eisen voldoen. Daar ligt niet het probleem. De vraag is echter hoe wij de bestaande vloot op een nog hoger plan brengen. Het zou goed zijn met de overheid af te spreken dat wij de komende jaren een geleidelijke teruggang van stikstofoxides en fijn stof uitstoot bewerkstelligen.
Voor alle duidelijkheid; BLN-Koninklijke Schuttevaer is voorstander van vergroening van bestaande schepen, maar wel binnen de grenzen van wat verstandig, haalbaar en betaalbaar is. Daar moeten regelingen voor komen. Wij zijn tegenstander van te hoge emissie-eisen voor bestaande schepen zoals de Europese Commissie nu voorstelt met Euro 6. Wij willen geen tweede ROSR-debacle waarmee de vloot in de toekomst onnodig op hoge kosten wordt gejaagd of het varen onmogelijk wordt gemaakt.

De centrale thema’s binnen Schuttevaer zijn op dit moment de vraag of het vaarwegennet voldoende capaciteit kan behouden om de vervoersgroei na de crisis aan te kunnen. Of het beleid van Rijkswaterstaat of van beheerders in Duitsland inzake bediening van sluizen niet zal leiden tot onaanvaardbare wachttijden bij sluizen. Of de vaarwegbeheerders voldoende investeren in onze ligplaatsen en andere voorzieningen.

Of we kunnen blijven varen op een rivier waar de overheid niet zomaar alle oeverbescherming weghaalt. Of de overnachtingshaven Lobith tijdig wordt aangelegd. Of de sluizen in Noord-Duitsland voldoende bedrijfszeker zijn. Of de Seine-Nord verbinding wordt aangelegd en of de bevaarbaarheid van de Donau verbetert. Ik kan zo nog even doorgaan. Bodemdaling van onze rivieren, ROSR-overgangseisen, te zware emissie-eisen aan bestaande motoren, sleutelen aan de rivier vanuit waterveiligheid (met als resultaat lagere vaardiepten), een vaarbelasting of klimaatverandering (watertekorten) kunnen onze positie ook nog veel meer bedreigen.

Ik wil het een keer gezegd hebben; de contributie voor uw organisatie valt volledig in het niet bij de nadelige gevolgen voor u als binnenvaartondernemer, als wij op bovengenoemde dossiers verkeerd schakelen en ons niet volledig kunnen inzetten voor de belangen van de gehele binnenvaart. Daarom is een brede steun vanuit de binnenvaart naar de vereniging nodig. Naar Schuttevaer en ook naar BLN. Met uw steun maken we onze bedrijfstak wel beter en professioneler.

Gelukkig wordt er niet, zoals in het verleden, drastisch bezuinigd op onderhoud en aanleg van vaarwegen. Het bouwprogramma van nieuwe sluizen wordt onverkort doorgezet door deze Minister, waarvoor dank. Er staan in deze planperiode vier nieuwe sluizen op stapel bij Limmel, Eefde, Nieuwegein en Terneuzen. Dat zijn belangrijke opstekers. Opmerkelijk is wel de handige methode waarmee deze Minister toch geld weet te besparen door aannemers uit te nodigen zelf met nieuwbouwplannen + een financiering te komen. Waarmee ook het onderhoud voor zo’n sluis de komende tien jaar in de handen van een aannemer wordt gelegd. In feite neemt RWS nu een hypotheek op de eigen nieuwe sluizen. Waarom eigenlijk niet? BLN-Koninklijke Schuttevaer heeft nagedacht over de nieuwe rol die wij als organisatie daarbij moeten invullen. Wij hebben met RWS afgesproken dat wij in het voortraject van dit overleg met aannemers over de inhoud van deze plannen worden betrokken en onze inbreng kunnen hebben. Onnodig te zeggen dat wij ervan uitgaan dat RWS eindverantwoordelijk en voor ons aanspreekbaar blijft voor een goede en adequate infrastructuur (en een goed beheer en goede bediening daarvan).

Daar wringt gelijk een schoen. De duizenden ambtenaren die RWS de afgelopen jaren heeft ingeleverd (en ook nu nog moet inleveren) gaan knellen in de uitvoering en het kennisniveau van onze grootste beheerder. Gelukkig hebben wij kunnen voorkomen dat kleinere vaarwegen ’s nachts niet meer zouden worden bediend, zoals de Minister aanvankelijk van plan was. Gelukkig is ook het plan voor pendeldiensten tussen sluizen ’s nachts voorlopig van de baan en lijken de vertragingen binnen de perken te blijven. Zekerheid hebben we niet. Wel de afspraak met Minister en Tweede Kamer dat indien de vertragingen onaanvaardbaar toenemen er met ons naar andere oplossingen wordt gezocht.

Maar wij begrijpen nog steeds niet goed waarom de Minister en RWS het hele land op z’n kop hebben gezet voor het doorvoeren van relatief kleine bezuinigingen met deze versoberingen. RWS heeft daarmee krediet verspeeld als vertrouwenwekkende en publieksgerichte organisatie. Zulke bezuinigingen horen onderdeel te zijn van staand beleid en dienen normaliter met een interne efficiencyslag te worden opgelost. Ons zijn vele varianten van bezuinigingsmaatregelen voorgelegd (en evenzo veel keer door ons verworpen) die schadelijk zouden zijn voor uw bedrijfsvoering en toekomst. Zoiets verwacht je niet van een betrokken en professionele beheerder. Hoewel vele RWS mensen zich hier (terecht) erg ongemakkelijk bij voelden, geeft het ook aan dat op bepaalde niveaus binnen RWS de expertise en betrokkenheid ontbreekt. Dat is onze grote zorg.

Natuurlijk gaat niet alles mis. Gelukkig maar. Zoals het nu lijkt blijven de gevolgen van de versoberingen voor de Maas na verschillende onderhandelingsslagen binnen aanvaardbare grenzen. Voor de Twentekanalen en Overijssel moeten we nog tot overeenstemming komen. Vanuit onze optiek is Rijkswaterstaat met de ontstening van de Maas te ver gegaan, maar de plannen zijn wel behoorlijk in onze richting bijgesteld.

De oevers worden nu vooraf afgegraven, er wordt goed gemarkeerd, obstakels worden verwijderd en waar nodig wordt er snel gebaggerd. Onze diepgang en breedte worden gegarandeerd ook al lijkt dat visueel niet zo. We zijn niet blij, maar dit is voor nu het hoogste haalbare.

Voor de Geldersche IJssel overweegt RWS nu een ontstening over 11 km van de rivier, terwijl onderzoek twee jaar geleden heeft aangetoond dat het niet kan. Wij overwegen bezwaar en beroep. Maar de tientallen beroeps en bezwaarschriften die wij de afgelopen jaren hebben ingediend leren ons dat dit geen erg effectief middel is. Die les geldt ook voor het huisvuildossier. Natuurlijk hebben wij eerst onderzocht of wij langs juridische weg het abonnementensysteem hadden kunnen voorkomen. Juristen hebben ons dit ontraden.

Op het huisvuildossier zijn in de binnenvaart verschillende partijen actief. Wij trekken de kar, samen met BLN en CBRB en doen alles samen. Anderen verwijten ons dat we teveel toegeven. Ik verwijt hen dat zij proberen ons in een kwaad daglicht te stellen. Waar het ons om gaat is om het best haalbare resultaat op het dossier zelf, inhoudelijk dus. Natuurlijk zijn wij ook voorstander van gratis afgifte, natuurlijk vechten wij voor behoud van elke huisvuilbak, maar het moet wel haalbaar zijn en binnen proporties blijven. Wij zijn geen actiegroep. Ieder z’n rol. Het zou verstandig zijn elkaar in deze sector aan te vullen i.p.v. elkaar tegen te werken. Op dit dossier werken CBRB, BLN en BLN-Schuttevaer goed samen. Het is niet goed wanneer één partij afhaakt en een eigen koers vaart.

En nogmaals, wij zijn niet tevreden met het eindresultaat, maar gezien de omstandigheden was dit nu het hoogst haalbare. Op ons initiatief zijn Kamervragen gesteld. Wij hebben met Minister en Tweede Kamerleden overlegd. Enquêtes onder onze leden uitgeschreven. Het aantal bakken en plaatsen is in overleg met ons uitgebreid. De tarieven zijn drastisch verlaagd. Dat zijn de feiten. Desondanks voelt de regeling waarbij je wordt afgerekend op een aantal trommelwentelingen niet goed. Het idee alleen al al maakt u en mij boos. Ik begrijp dat. Dit is te ingewikkeld. We werken niet alleen aan boord, maar wonen daar vaak ook en je kunt niet altijd je afval kwijt. Daar mag best wat meer rekening mee gehouden worden. De overheid roept zo vaak dat er minder regels moeten komen, maar dit is precies een schoolvoorbeeld van het tegenovergestelde.

De sector is best bereid een redelijk bedrag voor inzameling te betalen, mits de regeling maar goed werkt en rekening houdt met onze specifieke behoeften. We zien dit ook niet als een regeling voor het leven. En vergeet niet, niemand is verplicht een abonnement te nemen. Uiteindelijk moet in internationaal verband, in overleg met ons, een op de bedrijfstak toegesneden regeling worden gemaakt die wel goed voelt. We stellen voor na zes maanden te evalueren en tot aanpassingen te komen. Voorlopig zullen we het daar mee moeten doen.

Dames en heren.
Er lijkt ruimte aan te komen in het ROSR dossier van de overgangseisen. Er ligt nu een serieus voorstel om voor de bestaande schepen de belangrijkste ROSR overgangsbepalingen, waaronder de geluidseisen tot 2020 uit te stellen. Dat is geweldig nieuws. De tussentijd biedt ruimte om na te gaan of er alternatieven zijn die hetzelfde effect beogen, maar minder schadelijk zijn. Wij zullen die ruimte benutten.

Eind dit jaar volgt de AIS verplichting. Helaas hebben we niet kunnen voorkomen dat er voor de Rijn gelijktijdig ook een elektronische kaartverplichting aan wordt verbonden (met uitzondering van het BPR gebied). Door onze inbreng worden alle kaarten geaccepteerd, ook de eenvoudige. Maar wat ons vooral steekt is de ophef die wordt gemaakt als zou een schip zonder AIS ineens niet meer veilig kunnen varen. Terwijl we dat al decennia doen. Voor geen enkel navigatie-instrument geldt dat er na uitval een vaarverbod geldt. En AIS is vanwege de onbetrouwbaarheid slechts een hulpmiddel en geen navigatie-instrument.

Natuurlijk hebben we er allemaal belang bij dat er geen blindgangers zijn op onze vaarwegen, maar wij willen gewoon in onze thuishaven bij onze vertrouwde installateur onze AIS kunnen laten repareren. Wij kunnen dan ook niet instemmen met een regeling waarbij binnen 48 uur gerepareerd moet worden. De goede werking van AIS wordt bepaald door de juiste installateur. Zonde dat de discussie zich nu toespitst op een zo ondergeschikt punt (maar dat natuurlijk onnodig wel veel geld kan kosten als het je overkomt). We zouden het beter kunnen hebben over de vraag wat we allemaal nog meer met AIS willen en kunnen doen en hoe we de betrouwbaarheid van deze zinvolle aanvulling verder kunnen vergroten.

Dames en heren, dan kom ik tot een afronding.

Afrondend stel ik vast dat we midden in een moeilijke periode zitten. Er zijn kansen en bedreigingen. Tot nu toe zijn er eigenlijk geen grote ongelukken gebeurd. Ik hoop dat dat zo blijft. En een bijdrage te kunnen leveren aan een glansrijke toekomst voor de binnenvaart, voor BLN, BLN-Schuttevaer, onze partnerorganisaties en iedereen die zich in onze sector beweegt. Ik ben en blijf positief over onze veerkracht om als sector de toekomst zelf te kunnen maken. En liever niet te ingewikkeld graag.

Ik dank u voor uw aandacht.

Erik Schultz, voorzitter BLN-Koninklijke Schuttevaer.

 

BLN-Koninklijke Schuttevaer kiest Erik Schultz als voorzitter | Schuttevaer.nl

BLN-Koninklijke Schuttevaer kiest Erik Schultz als voorzitter

De huidige interim-voorzitter van BLN-Koninklijke Schuttevaer Erik Schultz is op het jaarcongres van de vereniging in Doorwerth bij acclamatie verkozen tot voorzitter. In zijn jaarrede riep hij de leden op zaken niet nodeloos ingewikkeld te maken en, als het gaat om in het integratietraject naar de branchebrede organisatie Binnenvaart Logistiek Nederland, met beide benen op de grond te blijven staan.

Erik Schultz

Schultz sprak de volgende jaarrede uit:

Geachte dames en heren, leden, ereleden, gasten,
Ik heet u van harte welkom op de 165ste jaarvergadering van BLN-Koninklijke Schuttevaer. Geïnspireerd door deze mooie en vertrouwde omgeving waar van oudsher de grote rivieren het sfeerbeeld bepalen, neem ik mij voor om met u de komende twee dagen BLN-Koninklijke Schuttevaer centraal te stellen en met de beide benen op de grond te blijven staan. En laten we zaken vooral niet zo ingewikkeld maken. Dit laatste stel ik centraal in mijn jaarrede. Met beide benen op de grond, maar gelijk ook stappen maken.

Het water geeft en het water neemt. Ondanks deze moeilijke tijd heeft de rivier ons in het verleden veel voorspoed gebracht. Zij zal dat in de toekomst weer doen als wij nu de juiste keuzen maken. Keuzen voor eensgezindheid i.p.v. verdeeldheid, een keuze voor vertrouwen in elkaar en samenwerking, i.p.v. individualisme en egoïsme, krachtenbundeling en eensgezindheid i.p.v. gedoe en amateurisme. En samenwerken.
Wanneer u mij vraagt wat mij drijft om voorzitter te zijn van BLN-Koninklijke Schuttevaer dan zijn het deze positieve waarden en uitdagingen. Daar zet ik mij voor in.

De afgelopen maanden waren niet makkelijk. Ik wil er niet te lang bij stilstaan – het lijkt al maanden geleden – maar het vertrek van Annemarie Jorritsma en Ype Dijkstra markeert ook de afsluiting van een periode waarin veel is bereikt. Een periode waarin Schuttevaer op eigen kracht met relatief weinig middelen, mede dankzij deze sterke bestuurders, een stevige vertegenwoordiging kon neerzetten. Schuttevaer is mede dankzij hen een sterk merk geworden en heeft aanzien verworven. Daar zijn we trots op. Dat willen we behouden. De wens tot een sterke vertegenwoordiging voor de gehele binnenvaart heeft een omslag veroorzaakt. Daarin is Binnenvaart Logistiek Nederland ontstaan en daar horen wij bij. Noodzakelijk en onvermijdelijk naar mijn oordeel. De nieuwe tijd vraagt om een andere aanpak.

De komende tijd zal er een moeten zijn van samenwerking en bundeling van krachten in de sector met als einddoel één grote sterke binnenvaartorganisatie en een krachtige binnenvaartsector. Eén loket binnenvaart. Ik wil daarbij niet de verwachting wekken dat het allemaal heel makkelijk en snel zal gaan, maar ik zal mij er persoonlijk voor inzetten echt "meters" te gaan maken. Met de besluiten van hedenochtend heeft u ons daartoe gemandateerd. Hartelijk dank voor dit vertrouwen. Maar alleen eenheid in organisatieland is niet voldoende. We zullen ook een gezamenlijke visie op de toekomst moeten hebben en ook als ondernemers beter moeten samenwerken. Daar ligt de oplossing voor onze problemen.

In dit kader is het wel gepast om onze voormalige voorzitter en vice-voorzitter te bedanken voor bewezen diensten. Wij hadden ons hun vertrek anders voorgesteld, maar soms lopen de zaken nu eenmaal zo. Wij zijn verheugd over het feit dat Annemarie Jorritsma vooralsnog wel voorzitter van het Centraal Overleg Vaarwegen blijft (ons samenwerkingsverband met EVO en Waterbouwers). Ype Dijkstra blijft voorzitter van onze afdeling Noord-Nederland. Zo gaan we binnen Schuttevaer met elkaar om. We kunnen van mening verschillen maar we blijven wel bij elkaar. Het grote pluspunt van Schuttevaer is en was dat elke stroming in de binnenvaart zich er thuis kan voelen. Ook dat moet in de toekomst zo blijven.

Tegelijkertijd willen wij in volle omvang met alle kracht die we hebben ruimte geven en bijdragen aan een goede samenwerking binnen BLN met onze partners. Niemand hoeft te twijfelen aan onze goede intenties om BLN tot een grote en sterke organisatie te maken.

Ik ben daar als vice-voorzitter ook volop mee bezig. Wij voelen ons BLN en zijn BLN in hart en nieren. Het doel moet zijn dat iedereen in de sector dat zo zou voelen, zoals ook iedereen zich, zonder onderscheid naar deelmarkt of scheepsgrootte Schuttevaerlid kan voelen.

De voorzitter van BLN Roland Kortenhorst en ik zijn overtuigd van de kracht en effectiviteit van een gezamenlijk optreden. Ook hier sluiten we de rijen. En niet te ingewikkeld graag. Ik bedoel daarmee in overzichtelijke stappen, borgen waar nodig en oppakken waar mogelijk.

U heeft mij voor dit voorzitterschap gekozen vanuit de gedachte dat het goed is om ons als bestuur te laten leiden door de dagelijkse praktijk van het bedrijf, het (binnenvaart)bedrijf. Daarnaast wil ik staan voor een stuk professionaliteit, eenvoud (open en niet te ingewikkeld) en een goede verstandhouding met de overheidsdiensten. Wij zijn niet de organisatie die alleen maar "nee" zegt. Maar wij durven ook verantwoordelijkheid te nemen, besluiten voor te leggen en met iedereen de discussie aan te gaan. En daarnaast zijn wij niet alleen "Koninklijk" in naam, maar ook in ons optreden. Dat blijft ook zo.

Maar het zijn moeilijke tijden. Soms lijkt het wel of het huisvuildossier het belangrijkste probleem is waar we in deze sector mee geconfronteerd worden. Maar dat is niet zo, hoe ergernisverwekkend -ik kom daar zo nog op terug- de huisvuilkwestie ook mag zijn. Wat meer afstand en relativeringsvermogen zou ons passen. De centrale vraag is hoe de binnenvaart deze crisis doorkomt en de kansen pakt om de meest aantrekkelijke en duurzame vervoerder van de toekomst te worden. Hoe we de vleugels uitslaan en initiatieven nemen. We kunnen dat en doen dat ook getuige vele nieuwe initiatieven (ik noem LNG, de nieuwstaat van onze vloot en de kracht waarmee het lukt nieuwe lading op het water te krijgen). Nieuw elan moet ons leiden naar een glansrijke toekomst waarin ik geloof. Hulde aan de ondernemers die hierin vooraan staan en soms ook risicovolle beslissingen nemen.

Lossen daarmee onze problemen op als sneeuw voor de zon? Nee. Maar het is beter de markt, de maatschappij en onze klanten vanuit een positieve inslag te benaderen, zodat er opnieuw vertrouwen ontstaat in een goede gezamenlijke toekomst. Klagen en navelstaren lost niets op.

Vanuit mijn positie als voorzitter wil ik ook de waarschuwing uitspreken niet door te slaan naar de verkeerde kant. Natuurlijk moeten wij onze vloot vernieuwen en vergroenen, maar niet ten koste van alles. Dat wil zeggen vernieuwen en vergroenen op een verantwoorde manier. Diegenen die stellen dat de binnenvaart z’n voorsprong op het wegvervoer verliest hebben ongelijk. Wij gebruiken drie tot zesmaal minder brandstof per vervoerde eenheid. Dit biedt ons voor onbepaalde tijd een onverslaanbare voorsprong als klimaatvriendelijkste vervoertechniek. De achterstand bij de zwaveldioxide hebben we moeiteloos ingelopen door overschakeling naar zwavelarme dieselolie. Over wat we hier al bereikt hebben horen we niemand. Wij hoeven ons geenszins te schamen en zijn relatief nog steeds milieuvriendelijk en het meest duurzaam. Maar het kan zeker nog beter. En dat moeten we ook leren uit te spreken en daar andere partijen ook van in kennis stellen.

In de toekomst zullen, net als nu, onze nieuwe motoren aan hoge emissie-eisen voldoen. Daar ligt niet het probleem. De vraag is echter hoe wij de bestaande vloot op een nog hoger plan brengen. Het zou goed zijn met de overheid af te spreken dat wij de komende jaren een geleidelijke teruggang van stikstofoxides en fijn stof uitstoot bewerkstelligen.
Voor alle duidelijkheid; BLN-Koninklijke Schuttevaer is voorstander van vergroening van bestaande schepen, maar wel binnen de grenzen van wat verstandig, haalbaar en betaalbaar is. Daar moeten regelingen voor komen. Wij zijn tegenstander van te hoge emissie-eisen voor bestaande schepen zoals de Europese Commissie nu voorstelt met Euro 6. Wij willen geen tweede ROSR-debacle waarmee de vloot in de toekomst onnodig op hoge kosten wordt gejaagd of het varen onmogelijk wordt gemaakt.

De centrale thema’s binnen Schuttevaer zijn op dit moment de vraag of het vaarwegennet voldoende capaciteit kan behouden om de vervoersgroei na de crisis aan te kunnen. Of het beleid van Rijkswaterstaat of van beheerders in Duitsland inzake bediening van sluizen niet zal leiden tot onaanvaardbare wachttijden bij sluizen. Of de vaarwegbeheerders voldoende investeren in onze ligplaatsen en andere voorzieningen.

Of we kunnen blijven varen op een rivier waar de overheid niet zomaar alle oeverbescherming weghaalt. Of de overnachtingshaven Lobith tijdig wordt aangelegd. Of de sluizen in Noord-Duitsland voldoende bedrijfszeker zijn. Of de Seine-Nord verbinding wordt aangelegd en of de bevaarbaarheid van de Donau verbetert. Ik kan zo nog even doorgaan. Bodemdaling van onze rivieren, ROSR-overgangseisen, te zware emissie-eisen aan bestaande motoren, sleutelen aan de rivier vanuit waterveiligheid (met als resultaat lagere vaardiepten), een vaarbelasting of klimaatverandering (watertekorten) kunnen onze positie ook nog veel meer bedreigen.

Ik wil het een keer gezegd hebben; de contributie voor uw organisatie valt volledig in het niet bij de nadelige gevolgen voor u als binnenvaartondernemer, als wij op bovengenoemde dossiers verkeerd schakelen en ons niet volledig kunnen inzetten voor de belangen van de gehele binnenvaart. Daarom is een brede steun vanuit de binnenvaart naar de vereniging nodig. Naar Schuttevaer en ook naar BLN. Met uw steun maken we onze bedrijfstak wel beter en professioneler.

Gelukkig wordt er niet, zoals in het verleden, drastisch bezuinigd op onderhoud en aanleg van vaarwegen. Het bouwprogramma van nieuwe sluizen wordt onverkort doorgezet door deze Minister, waarvoor dank. Er staan in deze planperiode vier nieuwe sluizen op stapel bij Limmel, Eefde, Nieuwegein en Terneuzen. Dat zijn belangrijke opstekers. Opmerkelijk is wel de handige methode waarmee deze Minister toch geld weet te besparen door aannemers uit te nodigen zelf met nieuwbouwplannen + een financiering te komen. Waarmee ook het onderhoud voor zo’n sluis de komende tien jaar in de handen van een aannemer wordt gelegd. In feite neemt RWS nu een hypotheek op de eigen nieuwe sluizen. Waarom eigenlijk niet? BLN-Koninklijke Schuttevaer heeft nagedacht over de nieuwe rol die wij als organisatie daarbij moeten invullen. Wij hebben met RWS afgesproken dat wij in het voortraject van dit overleg met aannemers over de inhoud van deze plannen worden betrokken en onze inbreng kunnen hebben. Onnodig te zeggen dat wij ervan uitgaan dat RWS eindverantwoordelijk en voor ons aanspreekbaar blijft voor een goede en adequate infrastructuur (en een goed beheer en goede bediening daarvan).

Daar wringt gelijk een schoen. De duizenden ambtenaren die RWS de afgelopen jaren heeft ingeleverd (en ook nu nog moet inleveren) gaan knellen in de uitvoering en het kennisniveau van onze grootste beheerder. Gelukkig hebben wij kunnen voorkomen dat kleinere vaarwegen ’s nachts niet meer zouden worden bediend, zoals de Minister aanvankelijk van plan was. Gelukkig is ook het plan voor pendeldiensten tussen sluizen ’s nachts voorlopig van de baan en lijken de vertragingen binnen de perken te blijven. Zekerheid hebben we niet. Wel de afspraak met Minister en Tweede Kamer dat indien de vertragingen onaanvaardbaar toenemen er met ons naar andere oplossingen wordt gezocht.

Maar wij begrijpen nog steeds niet goed waarom de Minister en RWS het hele land op z’n kop hebben gezet voor het doorvoeren van relatief kleine bezuinigingen met deze versoberingen. RWS heeft daarmee krediet verspeeld als vertrouwenwekkende en publieksgerichte organisatie. Zulke bezuinigingen horen onderdeel te zijn van staand beleid en dienen normaliter met een interne efficiencyslag te worden opgelost. Ons zijn vele varianten van bezuinigingsmaatregelen voorgelegd (en evenzo veel keer door ons verworpen) die schadelijk zouden zijn voor uw bedrijfsvoering en toekomst. Zoiets verwacht je niet van een betrokken en professionele beheerder. Hoewel vele RWS mensen zich hier (terecht) erg ongemakkelijk bij voelden, geeft het ook aan dat op bepaalde niveaus binnen RWS de expertise en betrokkenheid ontbreekt. Dat is onze grote zorg.

Natuurlijk gaat niet alles mis. Gelukkig maar. Zoals het nu lijkt blijven de gevolgen van de versoberingen voor de Maas na verschillende onderhandelingsslagen binnen aanvaardbare grenzen. Voor de Twentekanalen en Overijssel moeten we nog tot overeenstemming komen. Vanuit onze optiek is Rijkswaterstaat met de ontstening van de Maas te ver gegaan, maar de plannen zijn wel behoorlijk in onze richting bijgesteld.

De oevers worden nu vooraf afgegraven, er wordt goed gemarkeerd, obstakels worden verwijderd en waar nodig wordt er snel gebaggerd. Onze diepgang en breedte worden gegarandeerd ook al lijkt dat visueel niet zo. We zijn niet blij, maar dit is voor nu het hoogste haalbare.

Voor de Geldersche IJssel overweegt RWS nu een ontstening over 11 km van de rivier, terwijl onderzoek twee jaar geleden heeft aangetoond dat het niet kan. Wij overwegen bezwaar en beroep. Maar de tientallen beroeps en bezwaarschriften die wij de afgelopen jaren hebben ingediend leren ons dat dit geen erg effectief middel is. Die les geldt ook voor het huisvuildossier. Natuurlijk hebben wij eerst onderzocht of wij langs juridische weg het abonnementensysteem hadden kunnen voorkomen. Juristen hebben ons dit ontraden.

Op het huisvuildossier zijn in de binnenvaart verschillende partijen actief. Wij trekken de kar, samen met BLN en CBRB en doen alles samen. Anderen verwijten ons dat we teveel toegeven. Ik verwijt hen dat zij proberen ons in een kwaad daglicht te stellen. Waar het ons om gaat is om het best haalbare resultaat op het dossier zelf, inhoudelijk dus. Natuurlijk zijn wij ook voorstander van gratis afgifte, natuurlijk vechten wij voor behoud van elke huisvuilbak, maar het moet wel haalbaar zijn en binnen proporties blijven. Wij zijn geen actiegroep. Ieder z’n rol. Het zou verstandig zijn elkaar in deze sector aan te vullen i.p.v. elkaar tegen te werken. Op dit dossier werken CBRB, BLN en BLN-Schuttevaer goed samen. Het is niet goed wanneer één partij afhaakt en een eigen koers vaart.

En nogmaals, wij zijn niet tevreden met het eindresultaat, maar gezien de omstandigheden was dit nu het hoogst haalbare. Op ons initiatief zijn Kamervragen gesteld. Wij hebben met Minister en Tweede Kamerleden overlegd. Enquêtes onder onze leden uitgeschreven. Het aantal bakken en plaatsen is in overleg met ons uitgebreid. De tarieven zijn drastisch verlaagd. Dat zijn de feiten. Desondanks voelt de regeling waarbij je wordt afgerekend op een aantal trommelwentelingen niet goed. Het idee alleen al al maakt u en mij boos. Ik begrijp dat. Dit is te ingewikkeld. We werken niet alleen aan boord, maar wonen daar vaak ook en je kunt niet altijd je afval kwijt. Daar mag best wat meer rekening mee gehouden worden. De overheid roept zo vaak dat er minder regels moeten komen, maar dit is precies een schoolvoorbeeld van het tegenovergestelde.

De sector is best bereid een redelijk bedrag voor inzameling te betalen, mits de regeling maar goed werkt en rekening houdt met onze specifieke behoeften. We zien dit ook niet als een regeling voor het leven. En vergeet niet, niemand is verplicht een abonnement te nemen. Uiteindelijk moet in internationaal verband, in overleg met ons, een op de bedrijfstak toegesneden regeling worden gemaakt die wel goed voelt. We stellen voor na zes maanden te evalueren en tot aanpassingen te komen. Voorlopig zullen we het daar mee moeten doen.

Dames en heren.
Er lijkt ruimte aan te komen in het ROSR dossier van de overgangseisen. Er ligt nu een serieus voorstel om voor de bestaande schepen de belangrijkste ROSR overgangsbepalingen, waaronder de geluidseisen tot 2020 uit te stellen. Dat is geweldig nieuws. De tussentijd biedt ruimte om na te gaan of er alternatieven zijn die hetzelfde effect beogen, maar minder schadelijk zijn. Wij zullen die ruimte benutten.

Eind dit jaar volgt de AIS verplichting. Helaas hebben we niet kunnen voorkomen dat er voor de Rijn gelijktijdig ook een elektronische kaartverplichting aan wordt verbonden (met uitzondering van het BPR gebied). Door onze inbreng worden alle kaarten geaccepteerd, ook de eenvoudige. Maar wat ons vooral steekt is de ophef die wordt gemaakt als zou een schip zonder AIS ineens niet meer veilig kunnen varen. Terwijl we dat al decennia doen. Voor geen enkel navigatie-instrument geldt dat er na uitval een vaarverbod geldt. En AIS is vanwege de onbetrouwbaarheid slechts een hulpmiddel en geen navigatie-instrument.

Natuurlijk hebben we er allemaal belang bij dat er geen blindgangers zijn op onze vaarwegen, maar wij willen gewoon in onze thuishaven bij onze vertrouwde installateur onze AIS kunnen laten repareren. Wij kunnen dan ook niet instemmen met een regeling waarbij binnen 48 uur gerepareerd moet worden. De goede werking van AIS wordt bepaald door de juiste installateur. Zonde dat de discussie zich nu toespitst op een zo ondergeschikt punt (maar dat natuurlijk onnodig wel veel geld kan kosten als het je overkomt). We zouden het beter kunnen hebben over de vraag wat we allemaal nog meer met AIS willen en kunnen doen en hoe we de betrouwbaarheid van deze zinvolle aanvulling verder kunnen vergroten.

Dames en heren, dan kom ik tot een afronding.

Afrondend stel ik vast dat we midden in een moeilijke periode zitten. Er zijn kansen en bedreigingen. Tot nu toe zijn er eigenlijk geen grote ongelukken gebeurd. Ik hoop dat dat zo blijft. En een bijdrage te kunnen leveren aan een glansrijke toekomst voor de binnenvaart, voor BLN, BLN-Schuttevaer, onze partnerorganisaties en iedereen die zich in onze sector beweegt. Ik ben en blijf positief over onze veerkracht om als sector de toekomst zelf te kunnen maken. En liever niet te ingewikkeld graag.

Ik dank u voor uw aandacht.

Erik Schultz, voorzitter BLN-Koninklijke Schuttevaer.