Zo had Bieleveld zich vorig jaar 9 september, vlak na de tragedie in de timmerloods op het Kanaaleiland in Sluiskil, op het politiebureau in Terneuzen gemeld en daarbij tamelijk gedetailleerd verteld dat hij iemand met een hamer had doodgeslagen. De psychiater en de psycholoog waren unaniem van mening dat bij de 56-jarige verdachte sprake was van een dissociatieve stoornis op het moment dat hij met de hamer tegen het hoofd van Van Pelt sloeg. Het was volgens deze deskundigen heel goed mogelijk dat Bieleveld bij het slaan het bewustzijn verloor en daardoor zijn impulsen niet meer onder controle had. Bij hun onderzoek hadden ze echter de verklaringen van de agenten over het hoofd gezien. De rechtbank wil dat de beide onderzoekers die politieverklaringen nu alsnog meenemen. Dit is van belang voor het vaststellen van de mate van (on)toerekeningsvatbaarheid van de Sluiskillenaar.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.
Bent u al abonnee?