‘Ik kom uit een gezin van tien kinderen, die allemaal zelfstandig ondernemer zijn. Ik ben de enige die vaart. We hebben echt van alles in de familie. Het loopt van vrachtwagenchauffeur tot woninginrichter en schoonheidsspecialiste. Mijn vader had bijvoorbeeld een tafelfabriek en begon later een woninginrichtingszaak’, vertelt Arie.
William heeft zijn vrije week. Daniël is deze week aan boord en kreeg het varen volgens zeggen met de paplepel ingegoten. ‘Ik heb LTS Elektro gedaan en ben daarna bij mijn vader aan boord begonnen. Vroeger deed ik vakantiewerk bij de Gebroeders Broere. Ik heb mijn opleiding schriftelijk gedaan.’
Zijn vader begon op de zeventiende als matroos op de Dordrecht 16. Hij voer op de Dordrecht 20 en 29 als schipper. In 1994 kochten ze van de Gebroeders Broere de Thuredrecht. De bak Dordrecht 36 werd geleased van Scheepswerf ‘t Ambacht. In 1998 verkochten ze de Thuredrecht en schaften ze de huidige Leny (ex Mura) aan. Ook kwam de bak in die tijd in eigendom. ‘Leasen is goedkoper, maar ik heb de bak gekocht omdat ik het gevoel had voor een ander te werken. Ik ben tevreden met die beslissing.’
De Leny en de Vopak Leny varen meestal in het ARA-gebied (Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen). ‘Dat vinden we leuk, maar het is intensief. Momenteel zijn we vanwege de dure gasolie erg graag in de ARA. We hebben het niet altijd gedaan, we voeren bijvoorbeeld ook naar Ludwigshafen, Worms, Stein, Delfzijl en Marl.’
Stuurman Gerco vaart vanaf zijn zeventiende en heeft geen varende familieleden. Hij kwam op het idee te gaan varen toen hij een documentaire over de binnenvaart en het KOF zag. ‘De beelden spraken me aan. Het trok me wel. Ik ben toen naar het KOF in Mook gegaan. Daarna ben ik begonnen op de Dordrecht 28. Mijn huidige werkgever was daar mijn stuurman. In 1996 ben ik hier aan boord gekomen.’
Gerco haalde nooit zijn schippersdiploma of Rijnpatent en heeft die ambitie voorlopig ook niet. ‘Ik ben tevreden met wat ik heb en vind het prettig buiten bezig te zijn. Ik ben me bewust dat ik het moeilijker kan hebben als ik ander werk zoek, omdat er veel concurrentie is uit Oost-Europa, maar nu heb ik dat probleem nog niet.’
In de toekomst wordt specialisatie belangrijker, verwacht Bouter als hem wordt gevraagd hoe hij de toekomst voor zijn markt ziet. ‘Ik verwacht dat je of klein of groot moet zijn. Er is veel groot bulkvervoer, of je moet een klein schip hebben dat overal naartoe kan. Specialisatie is daarin van belang, voorzie ik. Een 2000-tonner telt in de ARA bijvoorbeeld nu al niet meer mee.’
De Leny-Vopak Leny vaart ook weleens met twee kegels. Haar bemanning loopt tegen het probleem aan dat ligplaatsen voor twee kegels in het hele land slecht en schaars zijn. Amsterdam spant daarbij de kroon, vinden ze. ‘Het is daar gewoon absurd. Als je in Amsterdam twee kegels hebt moet je op twee palen liggen op het Buiten-IJ. Als je een calamiteit hebt is er geen oplossing. Dat is zorgwekkend, want de chloortransporten van Rotterdam naar Delfzijl gaan allemaal door Amsterdam. Op het gebied van gewone kegelligplaatsen is er in Amsterdam veel verbeterd, maar op het gebied van twee kegelligplaatsen niet.’
Het duwverband vaart van het vissersdorp Arnemuiden. Het gaat erg slecht met de visserij, constateren de Bouters. ‘Er zijn laatst vier vissersschepen gesloopt. Ze kampen daar met enorme problemen rondom de dure gasolie en de regelgeving. We zien dat veel Arnemuiders op bunkerschepen gaan varen en dus in de binnenvaart terechtkomen.’ (HDJ)
Scheepsgegevens:
Scheepsnaam: Leny.
Lengte: 18 meter.
Breedte: 9,50 meter.
Diepgang: 2 meter.
Tonnage: 98 ton.
Europanummer: 2318407.
Bouwjaar: 1989.
Motor: tweemaal 950 pk Cummins.
Thuishaven: Arnemuiden.
Eigenaar: Bouter BV.
Scheepsnaam bak: Vopak-Leny.
Lengte: 86 meter.
Breedte: 11,40 meter.
Diepgang: 3 meter.
Tonnage: 2008 ton.
Europanummer: 2321170.
Bouwjaar: 1993.
Kopschroef: 420 pk GM.
Thuishaven: Arnemuiden.
Eigenaar: Bouter BV.