De bom wordt onder water ontmanteld. Dit heeft als voordeel dat het water een dempend effect heeft, mocht het explosief toch afgaan. Hierdoor hoeven er geen mensen geëvacueerd te worden. Alleen de bewoners van ongeveer 50 woningen moeten uit voorzorg binnen blijven.
Wanneer de ontsteker verwijderd is, wordt de stremming opgeheven. Daarna wordt de bom per werkschip naar de Ankerkade in de haven van Blerick vervoerd, om uiteindelijk tot ontploffing te worden gebracht nabij knooppunt Zaarderheiken.
De 500-ponder werd gevonden bij baggerwerkzaamheden door De Vries en Van der Wiel om de vaargeul te verbreden en uit te diepen ter hoogte van Hout-Blerick en Tegelen. De bom is gemarkeerd met een markeringsboei, omdat er geen direct ontploffingsgevaar is. Zo kan de scheepvaart in eerste instantie door. De bom ligt zo’n vijf meter onder de waterlijn, en dus is de omgeving volgens Rijkswaterstaat nooit in gevaar geweest. (JL)