Zaterdag voor school en Schuttevaer

Aldert Both vaart met zijn matroos Corné Blom in loondienst op het beunschip Willie. Ze varen van Dordrecht naar Cuyck en zijn elk weekend vrij. Hun vrije zaterdag besteden ze onder meer aan bestuurswerk voor Koninklijke Schuttevaer en aan school.

Zaterdag voor school en Schuttevaer
  • Schipper en matroos in loondienst op beunschip Willie
  • ‘Betoncentrale zet ons schip als eerste in’

Door

Henriette Driesen-Joanknecht

Aldert komt uit Gorinchem. Hij noemt zijn vaargebied en werkgever ideaal met een gezin aan de wal, ‘want je weet waar je aan toe bent’. Als het schip ‘s avonds in Dordrecht aankomt, kan hij naar huis. ‘Ik kan dan gebruik maken van een auto van de firma’, vertelt hij.

Both is bestuurslid van Schuttevaer Hardinxveld-Giessendam. Ook dat is goed te combineren met zijn werk en vaargebied, want de vergaderingen zijn op zaterdag. ‘Ik ga behalve naar de gewone vergaderingen ook regelmatig naar kadervergaderingen, want die zijn ook op zaterdag. Voor het congres neem ik vrij. Dan komt de oud-schipper van dit schip naar boord.’

Corné ziet ook alleen maar voordelen aan dit vaargebied. Na VMBO-metaal te hebben gedaan, begon hij bij een oom aan boord. Maar hij stapte over naar een waterbouwbedrijf, omdat zijn oom veel in Duitsland voer en dat vaargebied trok hem niet. ‘Ik werkte bij waterbouwbedrijf Kraaijeveld uit Sliedrecht. Werken op het water vind ik het leukste wat er is. Lassen en metaalwerk lagen me, ondanks mijn vooropleiding, minder dan varen. Ik werk hier sinds oktober en dit bevalt me. Ik hoef niet zover weg.’

Fijne opleiding

Blom besteedt zijn vrije zaterdagen aan school. Hij volgt namelijk de zaterdagse schippersopleiding RKM/AB op het STC in Rotterdam. Hij is er erg over te spreken, want iedereen op die opleiding is gemotiveerd. ‘We zitten met 30-35 man in een klas en een deel doet veel schriftelijk, maar zeker 20 man zit er elke zaterdag. En iedereen is lekker serieus en doet goed mee. Alleen degenen die het echt willen komen op zaterdag.’

Zijn opleiding omvat 13 zaterdagen en dan volgt het examen bij het CCV. Daarna moet een cursist nog zijn vaartijd halen.

Deze opleiding is beter met het vaarschema van de Willie te combineren dan de BBL-opleiding, waarin de leerlingen schoolweken met werkweken afwisselen, constateren beiden.

Grave

Both en Blom groeiden allebei op aan de wal. Maar ze komen uit families die betrokken zijn bij de binnenvaart. Aldert vaart vanaf zijn 18de jaar. Zijn moedersfamilie werkte in de binnenvaart en hij vond het varen leuk. Hij haalde zijn papieren zoals destijds gebruikelijk was via de schriftelijke opleiding.

De vader van Corné is een van de directeuren van Esso Delta in Dordrecht. Corné kwam ook al vroeg met de binnenvaart in aanraking en voer als het even kon met familieleden en kennissen mee. ‘Het zat er net als bij mijn schipper bij mij ook altijd al in’, concludeert hij.

In het vaargebied van de Willie is momenteel één kwestie actueel en dat zijn de capaciteitsproblemen van sluis Grave. ‘Die tweede sluis moet echt prioriteit hebben. Als er maar iets is, bijvoorbeeld laag water of sluis Weurt gestremd, dan lopen in Grave de wachttijden op. Een schip dat via Weurt vaart, kan met laag water minder meenemen dan wanneer het via Grave gaat.’

Eigen schip

De Willie is het enige eigen schip van Dyckerhoff Basal. Dyckerhoff Basal heette overigens tot vorig jaar Wolst BV. Dat het een eigen schip is heeft voordelen voor de bemanning in een slechte tijd. ‘De betoncentrale zet ons schip als eerste in. In een slechte tijd duurt het dus langer voordat ons werk terugloopt, omdat de betoncentrale eerst minder gebruik van de overige schepen gaat maken’, zegt Both.

Toch merkt hij dat het werk ook voor zijn schip verandert, want tegenwoordig laadt hij vaker twee partijen met de Willie. ‘In crisistijd gedragen afnemers zich anders. Ze bestellen net zo gemakkelijk een partij af. Wij hebben het geluk dat we behalve zand ook grind kunnen laden. Daardoor zijn we flexibeler en zo valt de band in Dordrecht niet stil. Voorheen maakten we gebruik van een schip voor zand en een voor grind.’

Aan boord van de Willie is goed eten erg belangrijk. Aldert Both kookt, want dat is zijn hobby. Hij vindt het ook een goede gelegenheid om even iets anders te doen. ‘De matroos is heel de tijd aan dek bezig. Als ze de capaciteiten hebben, kunnen ze varen als ik eten kook. Het heeft voor mij het voordeel dat ik even uit de stoel ben.’

Scheepsgegevens

Scheepsnaam: Willie. Lengte: 70 meter. Breedte: 8,60 meter. Diepgang: 2,60 meter. Tonnage: 980. Europanummer: 2102144. Motor: Volvo Penta, 485 kW. Thuishaven: Dordrecht. Bouwjaar: 1967. Eigenaar: Dyckerhoff Basal.

Zaterdag voor school en Schuttevaer | Schuttevaer.nl

Zaterdag voor school en Schuttevaer

Aldert Both vaart met zijn matroos Corné Blom in loondienst op het beunschip Willie. Ze varen van Dordrecht naar Cuyck en zijn elk weekend vrij. Hun vrije zaterdag besteden ze onder meer aan bestuurswerk voor Koninklijke Schuttevaer en aan school.

Zaterdag voor school en Schuttevaer
  • Schipper en matroos in loondienst op beunschip Willie
  • ‘Betoncentrale zet ons schip als eerste in’

Door

Henriette Driesen-Joanknecht

Aldert komt uit Gorinchem. Hij noemt zijn vaargebied en werkgever ideaal met een gezin aan de wal, ‘want je weet waar je aan toe bent’. Als het schip ‘s avonds in Dordrecht aankomt, kan hij naar huis. ‘Ik kan dan gebruik maken van een auto van de firma’, vertelt hij.

Both is bestuurslid van Schuttevaer Hardinxveld-Giessendam. Ook dat is goed te combineren met zijn werk en vaargebied, want de vergaderingen zijn op zaterdag. ‘Ik ga behalve naar de gewone vergaderingen ook regelmatig naar kadervergaderingen, want die zijn ook op zaterdag. Voor het congres neem ik vrij. Dan komt de oud-schipper van dit schip naar boord.’

Corné ziet ook alleen maar voordelen aan dit vaargebied. Na VMBO-metaal te hebben gedaan, begon hij bij een oom aan boord. Maar hij stapte over naar een waterbouwbedrijf, omdat zijn oom veel in Duitsland voer en dat vaargebied trok hem niet. ‘Ik werkte bij waterbouwbedrijf Kraaijeveld uit Sliedrecht. Werken op het water vind ik het leukste wat er is. Lassen en metaalwerk lagen me, ondanks mijn vooropleiding, minder dan varen. Ik werk hier sinds oktober en dit bevalt me. Ik hoef niet zover weg.’

Fijne opleiding

Blom besteedt zijn vrije zaterdagen aan school. Hij volgt namelijk de zaterdagse schippersopleiding RKM/AB op het STC in Rotterdam. Hij is er erg over te spreken, want iedereen op die opleiding is gemotiveerd. ‘We zitten met 30-35 man in een klas en een deel doet veel schriftelijk, maar zeker 20 man zit er elke zaterdag. En iedereen is lekker serieus en doet goed mee. Alleen degenen die het echt willen komen op zaterdag.’

Zijn opleiding omvat 13 zaterdagen en dan volgt het examen bij het CCV. Daarna moet een cursist nog zijn vaartijd halen.

Deze opleiding is beter met het vaarschema van de Willie te combineren dan de BBL-opleiding, waarin de leerlingen schoolweken met werkweken afwisselen, constateren beiden.

Grave

Both en Blom groeiden allebei op aan de wal. Maar ze komen uit families die betrokken zijn bij de binnenvaart. Aldert vaart vanaf zijn 18de jaar. Zijn moedersfamilie werkte in de binnenvaart en hij vond het varen leuk. Hij haalde zijn papieren zoals destijds gebruikelijk was via de schriftelijke opleiding.

De vader van Corné is een van de directeuren van Esso Delta in Dordrecht. Corné kwam ook al vroeg met de binnenvaart in aanraking en voer als het even kon met familieleden en kennissen mee. ‘Het zat er net als bij mijn schipper bij mij ook altijd al in’, concludeert hij.

In het vaargebied van de Willie is momenteel één kwestie actueel en dat zijn de capaciteitsproblemen van sluis Grave. ‘Die tweede sluis moet echt prioriteit hebben. Als er maar iets is, bijvoorbeeld laag water of sluis Weurt gestremd, dan lopen in Grave de wachttijden op. Een schip dat via Weurt vaart, kan met laag water minder meenemen dan wanneer het via Grave gaat.’

Eigen schip

De Willie is het enige eigen schip van Dyckerhoff Basal. Dyckerhoff Basal heette overigens tot vorig jaar Wolst BV. Dat het een eigen schip is heeft voordelen voor de bemanning in een slechte tijd. ‘De betoncentrale zet ons schip als eerste in. In een slechte tijd duurt het dus langer voordat ons werk terugloopt, omdat de betoncentrale eerst minder gebruik van de overige schepen gaat maken’, zegt Both.

Toch merkt hij dat het werk ook voor zijn schip verandert, want tegenwoordig laadt hij vaker twee partijen met de Willie. ‘In crisistijd gedragen afnemers zich anders. Ze bestellen net zo gemakkelijk een partij af. Wij hebben het geluk dat we behalve zand ook grind kunnen laden. Daardoor zijn we flexibeler en zo valt de band in Dordrecht niet stil. Voorheen maakten we gebruik van een schip voor zand en een voor grind.’

Aan boord van de Willie is goed eten erg belangrijk. Aldert Both kookt, want dat is zijn hobby. Hij vindt het ook een goede gelegenheid om even iets anders te doen. ‘De matroos is heel de tijd aan dek bezig. Als ze de capaciteiten hebben, kunnen ze varen als ik eten kook. Het heeft voor mij het voordeel dat ik even uit de stoel ben.’

Scheepsgegevens

Scheepsnaam: Willie. Lengte: 70 meter. Breedte: 8,60 meter. Diepgang: 2,60 meter. Tonnage: 980. Europanummer: 2102144. Motor: Volvo Penta, 485 kW. Thuishaven: Dordrecht. Bouwjaar: 1967. Eigenaar: Dyckerhoff Basal.