De 27 meter lange Tumak is feestelijk ingehaald door de nagenoeg complete Iskes-vloot, die op dit moment uit tien schepen bestaat. Voor haar komst naar IJmuiden is de sleper vanaf 1995 voor Kotug in Hamburg actief geweest. Daarvoor heeft de in 1987 bij Cantieri Nava di Ferrari in het Italiaanse La Spezia gebouwde sleper acht jaar als Germania voor Rimorchiatori Riuniti uit Genua havensleepdiensten verricht. De voortstuwing bestaat uit twee zescilinder Deutz SBV 6M 628 diesels, die elk een Aquamaster-roerpropeller in een Kort-straalbuis aandrijven. Vrijvarend kan een snelheid van 12 knopen worden gehaald. Direct na aankomst in haar nieuwe thuishaven is de Tumak bij de Oranjewerf in Amsterdam drooggezet voor inspectie. Verder is de sleper voor een groot deel in de Iskes-kleuren geschilderd en is het onderwaterschip gestraald en geconserveerd.