Deze week waren zo’n 170 charterschippers bijeen in Lelystad. Daar vertelde de ILT hoe de aanvullende verplichte keuring van alle 240 schepen in z’n werk zou gaan. Voor 1 april dient een groot deel van de schepen die keuring te hebben afgerond. De ILT benadrukte daarbij dat er onder geen beding meer Dyneema-touwen mogen worden gebruikt.
Tekst gaat verder onder de foto.
De ILT gaf ook uitleg bij het verbod op HMPE-touwsoorten zoals Dyneema. Reden: het Estrin verbiedt het gebruik van polyethyleen en ook HMPE is een polyethyleen. Het Estrin schrijft voor wat wel en niet mag aan boord qua inrichting en uitrusting. De afgelopen decennia is het gebruik van HMPE-touwsoorten toegestaan door de keurende instanties, ondanks de Estrin-bepalingen.
Tekst gaat verder onder de foto.
Duizenden euro’s kosten
Een grote groep schippers maakt veel gebruik van deze touwen vanwege de grote voordelen ervan. Deze kunststoftouwen zijn sterker en, volgens de schippers, vaak veiliger dan staaldraad of touw van andere materiaal. Vervanging van de HMPE’s en bijhorende aanpassingen in de tuigage zou ‘duizenden euro’s kunnen kosten. ‘Er waren schippers die bijna zaten te huilen’, zegt schipper Ruben Viergever. ‘Het is gewoon boekhouderij.’
Ook brancheorganisatie BBZ was niet tevreden met het ILT-standpunt. Directeur Paul van Ommen vindt de ILT-opstelling te formalistisch. ‘De bepaling is waarschijnlijk rond het jaar 2000 in het Binnenschepenbesluit (voorloper van Estrin) gekomen, vermoedelijk om tegen te gaan dat oranje plastic pakdraad werd gebruikt. Maar de HMPE’s zijn ver doorontwikkelde polyethylenen.’
Tekst gaat verder onder de foto.
Dyneema, of HMPE’s zijn van een geheel andere orde, schetst Van Ommen. ‘Het wordt gebruikt in de offshore, in de binnenvaart en laatst, toen de staalkabels braken bij het lostrekken van die garnalenkotter bij Zandvoort, lukte dat lostrekken wel met Dyneema heb ik begrepen.’
Het is heel vreemd dat dat verbod alleen voor de binnenzeilvaart geldt, of er nog steeds alleen bij ons in staat. Waarom mag het daar wel allemaal worden gebruikt en niet in zeilvaart? Wat de BBZ betreft moet de ILT hier kijken naar het veiligheidsargument.’
TNO-onderzoek naar Dyneema
De ILT heeft TNO opdracht gegeven Dyneema te onderzoeken. ‘Ik kan mij niet voorstellen dat TNO gaat zeggen dat er niet met HMPE mag worden gevaren.’
De uitkomst van het TNO-onderzoek wordt over een half jaar verwacht. Dat is later dan de deadline van 1 april die geldt voor de herkeuring van alle bruine vloot-schepen. ‘Dat levert de Kafkaiaanse situatie op dat schippers nu alle Dyneema moeten vervangen, terwijl het in de zomer misschien weer mag worden gebruikt’, zegt schipper Viergever.
De BBZ wil dat ILT schepen ten minste voorlopig toestaat om Dyneema te gebruiken als het op een verantwoorde manier is toegepast; fabrikanten en leveranciers geven daar goede instructies over. ‘Er kan dan een termijn worden gesteld die rekening houdt met het lopende onderzoek’, zegt Van Ommen. ‘Als Dyneema dan toch wordt toegestaan, hoeven scheepseigenaren niet onnodig op kosten te worden gejaagd.’
Toen in 2022 een man om het leven kwam door een vallende giek, ging al snel het verhaal dat een Dyneema-touw was geknapt. ‘Maar dat was niet zo, het was een foute eindverbinding in het touw.’ De discussie zou volgens de BBZ moeten gaan over het deugdelijke gebruik van dit materiaal, niet over het pertinente verbod ervan.
Tuigboek
Overigens is de BBZ voorstander van het aanvullende onderzoek en het tuigboek. ‘Dan weet iedereen hoe de schepen ervoor staan. Het mes snijdt aan twee kanten. De bemanning kan beter zicht houden op de tuigage en de onderdelen ervan, maar gebruikt het ook voor de eigen controles en de onderhoudsplanning. De keurende instanties weten vervolgens ook beter waar ze dan naar moeten kijken. Je hebt een gerichter en inhoudelijker uitwisseling tussen schipper en inspecteur op basis van dat document.’