Jaczon’s vissonar Sofic wint eerste P.J.S. de Jong Innovatieprijs

Het sonarproject Sofic van rederij Jaczon BV voor het herkennen van vissoorten ontving donderdag 17 september de eerste P.J.S. de Jong innovatieprijs tijdens de Maritime & Offshore Innovation Day van TNO op de RDM-Campus in Rotterdam.

  • TNO reikt prijs uit aan meest impactvolle maritieme innovatie

Sofic is de technologie waarbij sonarkennis wordt gebruikt voor het selectief vangen van vis. Het gebruik van sonar maakt het mogelijk om diverse soorten vis realtime te classificeren om ongewenste bijvangst te minimaliseren.

Maatschappelijke impact

De maritieme sector riep de nieuwe prijs in het leven voor de meest innovatieve oplossing met maatschappelijke impact. De prijs is vernoemd naar oud-premier en Kapitein-ter-Zee P.J.S. de Jong. Hij was steeds een lichtend voorbeeld in het samenbrengen van militaire precisie en maatschappelijk nut.

Met de prijs worden wetenschappers, instellingen en bedrijven ondersteund die zich bezighouden met het ten goede brengen van maritieme ontwikkelingen uit defensie-onderzoek aan de nationale maritieme industrie. Daarom heeft zijne Excellentie De Jong met trots zijn naam verbonden aan deze prijs die samen met TNO wordt uitgereikt.

Bistatische sonar

Volgens Nederlandse en Europese regelgeving mag van sommige soorten vis slechts een beperkte hoeveelheid worden gevangen, en van andere soorten helemaal niets. Het akoestisch herkennen van verschillende soorten vis, alvorens deze te vangen, zou een waardevol hulpmiddel kunnen zijn. Met de zogenaamde bistatische sonar is TNO een eind op de goede weg.

Een concreet probleem waarmee Nederlandse vissers te maken hebben, is het scheiden van makreel en horsmakreel. Beide vissoorten komen vaak samen voor, maar hebben elk hun eigen quotum: soms moet de gevangen makreel – of de horsmakreel – dan ook overboord worden gezet.

Allerlei oplossingen worden bedacht om hiermee zo goed mogelijk om te gaan. In selectieve visnetten bijvoorbeeld worden sommige vissoorten doorgelaten, terwijl andere wel worden gevangen. Maar een dergelijk systeem werkt uitsluitend als de verschillende soorten heel andere fysieke eigenschappen hebben, zoals grootte.

Akoestische eigenschappen

In opdracht van het Wageningse onderzoeksinstituut IMARES en rederij Jaczon BV hebben dr Pascal de Theije en zijn collega’s zich de afgelopen jaren in de problematiek vastgebeten. De Theije, van huis uit sterrenkundige, licht toe: ‘Hoogfrequente sonar is het meest toegepaste middel om vis op te sporen. Sonar zendt korte geluidspulsen uit en luistert naar de signalen die terugkomen. Hoewel de verschillen soms klein zijn, heeft iedere vissoort zijn eigen akoestische eigenschappen, wat blijkt uit de amplitude en de structuur van de weerkaatste energie.Het is dan ook aantrekkelijk om die gegevens direct te gebruiken om de opgespoorde vis te classificeren, dat wil zeggen: te bepalen om wat voor soort vis het gaat.’

Bistatische sonar is een toepassing die De Theije en zijn collega’s oorspronkelijk ontwikkelden ten behoeve van de Koninklijke Marine. Twee hoogfrequente visserijsonars op twee verschillende schepen geven een gecombineerd beeld, dat de eigenschappen van individuele vissen zichtbaar kan maken. Mede aan de hand van dat beeld kan een visser besluiten om al dan niet zijn netten uit te werpen.

Database

Cruciaal voor een juiste werking van het systeem is de onderliggende database met echosignalen van bekende scholen vis. Het vullen van die database is een tijdrovend karwei. Een andere uitdaging is het vinden van de meest geschikte sonar. Hoe groter de frequentieband, hoe meer informatie van de opgespoorde vis kan worden verkregen, en hoe beter de classificatie zal werken.

De Theije: ‘Op het moment komen we met bistatische sonar al tot een significant classificatiepercentage. Zodra we de beschikking hebben over nog betere sonars en we het classificatiealgoritme verder kunnen "trainen", verwachten we dat percentage fors op te schroeven. Daarmee zetten we een volgende stap in het voorkomen van ongewenste bijvangst in de pelagische visserij, oftewel de visserij met zwevende netten.’

Jaczon’s vissonar Sofic wint eerste P.J.S. de Jong Innovatieprijs | Schuttevaer.nl

Jaczon’s vissonar Sofic wint eerste P.J.S. de Jong Innovatieprijs

Het sonarproject Sofic van rederij Jaczon BV voor het herkennen van vissoorten ontving donderdag 17 september de eerste P.J.S. de Jong innovatieprijs tijdens de Maritime & Offshore Innovation Day van TNO op de RDM-Campus in Rotterdam.

  • TNO reikt prijs uit aan meest impactvolle maritieme innovatie

Sofic is de technologie waarbij sonarkennis wordt gebruikt voor het selectief vangen van vis. Het gebruik van sonar maakt het mogelijk om diverse soorten vis realtime te classificeren om ongewenste bijvangst te minimaliseren.

Maatschappelijke impact

De maritieme sector riep de nieuwe prijs in het leven voor de meest innovatieve oplossing met maatschappelijke impact. De prijs is vernoemd naar oud-premier en Kapitein-ter-Zee P.J.S. de Jong. Hij was steeds een lichtend voorbeeld in het samenbrengen van militaire precisie en maatschappelijk nut.

Met de prijs worden wetenschappers, instellingen en bedrijven ondersteund die zich bezighouden met het ten goede brengen van maritieme ontwikkelingen uit defensie-onderzoek aan de nationale maritieme industrie. Daarom heeft zijne Excellentie De Jong met trots zijn naam verbonden aan deze prijs die samen met TNO wordt uitgereikt.

Bistatische sonar

Volgens Nederlandse en Europese regelgeving mag van sommige soorten vis slechts een beperkte hoeveelheid worden gevangen, en van andere soorten helemaal niets. Het akoestisch herkennen van verschillende soorten vis, alvorens deze te vangen, zou een waardevol hulpmiddel kunnen zijn. Met de zogenaamde bistatische sonar is TNO een eind op de goede weg.

Een concreet probleem waarmee Nederlandse vissers te maken hebben, is het scheiden van makreel en horsmakreel. Beide vissoorten komen vaak samen voor, maar hebben elk hun eigen quotum: soms moet de gevangen makreel – of de horsmakreel – dan ook overboord worden gezet.

Allerlei oplossingen worden bedacht om hiermee zo goed mogelijk om te gaan. In selectieve visnetten bijvoorbeeld worden sommige vissoorten doorgelaten, terwijl andere wel worden gevangen. Maar een dergelijk systeem werkt uitsluitend als de verschillende soorten heel andere fysieke eigenschappen hebben, zoals grootte.

Akoestische eigenschappen

In opdracht van het Wageningse onderzoeksinstituut IMARES en rederij Jaczon BV hebben dr Pascal de Theije en zijn collega’s zich de afgelopen jaren in de problematiek vastgebeten. De Theije, van huis uit sterrenkundige, licht toe: ‘Hoogfrequente sonar is het meest toegepaste middel om vis op te sporen. Sonar zendt korte geluidspulsen uit en luistert naar de signalen die terugkomen. Hoewel de verschillen soms klein zijn, heeft iedere vissoort zijn eigen akoestische eigenschappen, wat blijkt uit de amplitude en de structuur van de weerkaatste energie.Het is dan ook aantrekkelijk om die gegevens direct te gebruiken om de opgespoorde vis te classificeren, dat wil zeggen: te bepalen om wat voor soort vis het gaat.’

Bistatische sonar is een toepassing die De Theije en zijn collega’s oorspronkelijk ontwikkelden ten behoeve van de Koninklijke Marine. Twee hoogfrequente visserijsonars op twee verschillende schepen geven een gecombineerd beeld, dat de eigenschappen van individuele vissen zichtbaar kan maken. Mede aan de hand van dat beeld kan een visser besluiten om al dan niet zijn netten uit te werpen.

Database

Cruciaal voor een juiste werking van het systeem is de onderliggende database met echosignalen van bekende scholen vis. Het vullen van die database is een tijdrovend karwei. Een andere uitdaging is het vinden van de meest geschikte sonar. Hoe groter de frequentieband, hoe meer informatie van de opgespoorde vis kan worden verkregen, en hoe beter de classificatie zal werken.

De Theije: ‘Op het moment komen we met bistatische sonar al tot een significant classificatiepercentage. Zodra we de beschikking hebben over nog betere sonars en we het classificatiealgoritme verder kunnen "trainen", verwachten we dat percentage fors op te schroeven. Daarmee zetten we een volgende stap in het voorkomen van ongewenste bijvangst in de pelagische visserij, oftewel de visserij met zwevende netten.’