Het Belgische droge-ladingschip zonk twee weken eerder op het IJsselmeer voor de kust van Stavoren. Het met 3000 ton hoogovenslakken geladen schip voer met open ruim over het ruime water. Door de harde westenwind (kracht 6) kwam vast water over en vervulde het langzaam. Zes kilometer voor de Friese kust was haar reis ten einde. Het schip stond stabiel op de bodem en stak met haar stuurhuis boven water. De drie bemanningsleden konden worden gered. Eén van de drie had enige tijd in het water gestaan en raakte onderkoeld.
Volgens plan
Wiebbe Bonsink van HEBO spreekt van een berging die verliep volgens het boekje. Zijn bedrijf legde dinsdag 5 juli vrijwel direct na het zinken van de Alsvin olieschermen rond het schip en haalde met de HEBO-Cat 15 de twee auto’s van het schip.
Een juridische kwestie rondom de berging’, zorgde er volgens Rijkswaterstaat voor dat het ruim een week duurde voordat de bergingsopdracht werd gegund. HEBO begon daarna vrijwel direct met de berging van de lading slakken uit het schip. Dat gebeurde met het kraan- en overslagschip Progress van De Waard uit Lekkerkerk. Maandag 18 juli werden de stroppen getrokken. Een dag later werd de Alsvin in de bokken HEBO Lift 6 en HEBO Lift 8 gehangen. Met zes pompen werd vervolgens het water uit het schip gehaald en zo langzaam weer drijvend gemaakt. Het oliebestrijdingsvaartuig HEBO-Cat 9 ruimde de laatste olie op, waarna de Alsvin naar de vestiging van HEBO in Lelystad werd gebracht. Daar lag ze dinsdagmiddag 26 juli nog. (MdV/EvH)
Video KNRM Enkhuizen:
<iframe width="590" height="332" src="https://www.youtube.com/embed/2D3fDLgm6cE" frameborder="0" allowfullscreen></iframe>