‘De vraag is wat voor maatregelen op korte termijn kunnen worden genomen om de situatie van de binnenvaartondernemingen te verbeteren’, schrijven de voorzitters. Zij spreken zich uit tegen te lage vrachten (‘voor het overgrote deel van het ladingaanbod bestaan geen zinvolle alternatieven dan vervoer per binnenschip’), en sluiten faillissementen niet uit als niet uiterlijk na de zomer het herstel is ingezet. Omdat alle schepen na de crisis weer hard nodig zijn, is kapitaalvernietiging ‘niet verstandig’. Bovendien heeft niemand belang bij verdere waardevermindering van schepen, ook het Rijk (via staatsgaranties) en de banken (scheepshypotheken) niet.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.
Bent u al abonnee?