Gemeente financiert spits Nano

Mattijn Michielse vaart sinds juni 2011 op de spits Nano. Hij werkte daarvoor aan de wal en wilde weer gaan varen. Het enige probleem was, dat hij de financiering niet rond kreeg. Daarom kocht hij het schip met behulp van de Wet bijzondere bijstand via de gemeente Nijmegen. Dat hij op dat moment een werkloosheidsuitkering kreeg, was daarbij een voordeel.

Gemeente financiert spits Nano
  • Na ontslag besloot Mattijn Michielse weer te gaan varen
  • ‘Overheidsregelingen moet je benutten’

Door

Henriette Driesen-Joanknecht

‘In principe heeft de belasting mijn schip gefinancierd. Ik wist dat je naar de gemeente kon gaan voor een microkrediet als je de financiering niet rond kreeg. Ik zat in de ww, omdat ik als tekenaar op een scheepswerf was ontslagen, vanwege het uitblijven van nieuwbouw. Daardoor kwam ik ook in aanmerking voor andere gunstige regelingen. Die regelingen zijn er om gebruik van te maken’, vertelt hij.

Voor de rest blijken bank of gemeente niet veel te verschillen. Mattijn moest ook bij de gemeente aantonen dat het schip rendabel kan exploiteren en hij betaalt gewoon rente. ‘Ik los af aan de gemeente en betaal iets meer rente dan bij de bank. Het voordeel is dat de spitsenmarkt vrij stabiel is. Dat helpt bij het aantonen van de prognoses die je nodig hebt om de financiering te krijgen.’

Koophuis

Het grootste struikelblok bij de financiering bij de bank was het koophuis dat Mattijn bezat. Achteraf blijkt dat huis hem niet te hinderen. ‘Ik moest van de bank eerst mijn huis verkopen, omdat daar ook elke maand geld naartoe moet. Maar een huis verkopen is erg lastig in deze tijd. Ook bij de gemeente moest ik mijn huis te koop zetten, maar ik kon wel starten met mijn bedrijf. Mijn huis staat overigens nog steeds te koop, maar ik ben tot nu toe in staat de aflossing van mijn huis en mijn schip te betalen. Ik ken ook vrij veel spitsencollega’s die een huis en een schip hebben. Het is zeker niet onmogelijk.’

Bij de gemeente stonden ze overigens vreemd te kijken toen hij een schip wilde financieren, herinnert hij zich. ‘Daar aan het loket zeiden ze: "Wij krijgen hier alleen schippers met problemen en jij ziet er brood in."’

Vriendin

De zaken gaan goed. Mattijn deed het afgelopen kwartaal een reis minder, maar behaalde wel zijn gewenste begroting. ‘Ik zocht naar een financiering met een bepaalde berekening en dan bereken ik wat ik per kwartaal nodig heb. Ik ging uit van een financiering van 10 jaar, maar ik hoop eerder klaar te zijn.’

Hij is in principe tevreden met de wending die hij zijn leven gaf. Het enige wat jammer is, is dat zijn vriendin vrij snel van boord stapte. ‘Sindsdien vaar ik alleen. Het nadeel van alleen varen is, dat je echt alles alleen moet doen. Zowel het werk als de administratie en het huishouden. Een ander nadeel van deze wending is, dat ik soms mijn huis mis. De ruimte, de tuin, de wijk en het contact met de buren.’

Ervaring

Mattijn is een schipperskleinkind en groeide op aan de wal. Voordat hij tekenaar werd voer hij op de veerpontjes van Ingen naar Elst en op de Hendrikus bij Tiel. Daarvoor voer hij ongeveer 10 jaar op de Rijn en Moezel met koppelverbanden, containerschepen, een passagiersschip en een autoschip. Hij voer ook op een meetvaartuig van Rijkswaterstaat.

Toen hij voor zichzelf begon, twijfelde hij tussen een Dortmunder en een spits. De Dortmunder was van een oom die ermee stopte. Hij koos voor de spits, omdat het een andere vaart is. ‘Hoewel het op een spits net zo hard werken is als op elk ander vrachtschip. Ik was de Rijnvaart beu en was bang dat ik met die Dortmunder weer in hetzelfde werk terecht zou komen. De Rijnvaart vind ik minder gemoedelijk.’

AIS

Mattijn is van mening dat je regelingen en voorzieningen van de overheid moet benutten. Dat doet hij ook met AIS. Hij is blij met het systeem en noemt het een aanvulling. ‘Ik ben er tevreden mee. Je hoeft niet meer overal te melden. Ik luister als ik rechtdoor vaar gewoon uit en meld me als dat nodig is. Mijn familie kan thuis zien waar ik ben en als iemand bij mij in de sluis ligt, kijk ik hoelang we nog samen schutten.’

Hij gebruikt de AIS ook om gasolie te besparen. ‘Als ik bijvoorbeeld op het Canal du Nord vaar, dan zet ik de AIS op mijn voorganger. Met zijn snelheid kan ik inschatten of hij al in de sluis ligt en daar pas ik mijn snelheid op aan, zodat ik niet onnodig bij de sluis lig te wachten. Op die manier bespaar ik gasolie. Ik heb nog geen elektronische kaart waarop ik andere schepen kan zien.’

De promotie van de spitsenvaart en de andere kleine schepen moet beter, vindt Mattijn. ‘Er zijn bijna geen mensen te vinden die op een spits of een klein schip willen varen en als er al iemand komt, dan krijgt diegene het eigenlijk niet gefinancierd.’

Scheepsgegevens

Scheepsnaam: Nano. Lengte: 39 meter. Breedte: 5,09 meter. Diepgang: 2,43 meter. Tonnage: 342. Europanummer: 02310035. Motor: Scania DS 14, 286 pk. Bouwjaar: 1957. Thuishaven: Nijmegen. Eigenaar: Mitrans.

Gemeente financiert spits Nano | Schuttevaer.nl

Gemeente financiert spits Nano

Mattijn Michielse vaart sinds juni 2011 op de spits Nano. Hij werkte daarvoor aan de wal en wilde weer gaan varen. Het enige probleem was, dat hij de financiering niet rond kreeg. Daarom kocht hij het schip met behulp van de Wet bijzondere bijstand via de gemeente Nijmegen. Dat hij op dat moment een werkloosheidsuitkering kreeg, was daarbij een voordeel.

Gemeente financiert spits Nano
  • Na ontslag besloot Mattijn Michielse weer te gaan varen
  • ‘Overheidsregelingen moet je benutten’

Door

Henriette Driesen-Joanknecht

‘In principe heeft de belasting mijn schip gefinancierd. Ik wist dat je naar de gemeente kon gaan voor een microkrediet als je de financiering niet rond kreeg. Ik zat in de ww, omdat ik als tekenaar op een scheepswerf was ontslagen, vanwege het uitblijven van nieuwbouw. Daardoor kwam ik ook in aanmerking voor andere gunstige regelingen. Die regelingen zijn er om gebruik van te maken’, vertelt hij.

Voor de rest blijken bank of gemeente niet veel te verschillen. Mattijn moest ook bij de gemeente aantonen dat het schip rendabel kan exploiteren en hij betaalt gewoon rente. ‘Ik los af aan de gemeente en betaal iets meer rente dan bij de bank. Het voordeel is dat de spitsenmarkt vrij stabiel is. Dat helpt bij het aantonen van de prognoses die je nodig hebt om de financiering te krijgen.’

Koophuis

Het grootste struikelblok bij de financiering bij de bank was het koophuis dat Mattijn bezat. Achteraf blijkt dat huis hem niet te hinderen. ‘Ik moest van de bank eerst mijn huis verkopen, omdat daar ook elke maand geld naartoe moet. Maar een huis verkopen is erg lastig in deze tijd. Ook bij de gemeente moest ik mijn huis te koop zetten, maar ik kon wel starten met mijn bedrijf. Mijn huis staat overigens nog steeds te koop, maar ik ben tot nu toe in staat de aflossing van mijn huis en mijn schip te betalen. Ik ken ook vrij veel spitsencollega’s die een huis en een schip hebben. Het is zeker niet onmogelijk.’

Bij de gemeente stonden ze overigens vreemd te kijken toen hij een schip wilde financieren, herinnert hij zich. ‘Daar aan het loket zeiden ze: "Wij krijgen hier alleen schippers met problemen en jij ziet er brood in."’

Vriendin

De zaken gaan goed. Mattijn deed het afgelopen kwartaal een reis minder, maar behaalde wel zijn gewenste begroting. ‘Ik zocht naar een financiering met een bepaalde berekening en dan bereken ik wat ik per kwartaal nodig heb. Ik ging uit van een financiering van 10 jaar, maar ik hoop eerder klaar te zijn.’

Hij is in principe tevreden met de wending die hij zijn leven gaf. Het enige wat jammer is, is dat zijn vriendin vrij snel van boord stapte. ‘Sindsdien vaar ik alleen. Het nadeel van alleen varen is, dat je echt alles alleen moet doen. Zowel het werk als de administratie en het huishouden. Een ander nadeel van deze wending is, dat ik soms mijn huis mis. De ruimte, de tuin, de wijk en het contact met de buren.’

Ervaring

Mattijn is een schipperskleinkind en groeide op aan de wal. Voordat hij tekenaar werd voer hij op de veerpontjes van Ingen naar Elst en op de Hendrikus bij Tiel. Daarvoor voer hij ongeveer 10 jaar op de Rijn en Moezel met koppelverbanden, containerschepen, een passagiersschip en een autoschip. Hij voer ook op een meetvaartuig van Rijkswaterstaat.

Toen hij voor zichzelf begon, twijfelde hij tussen een Dortmunder en een spits. De Dortmunder was van een oom die ermee stopte. Hij koos voor de spits, omdat het een andere vaart is. ‘Hoewel het op een spits net zo hard werken is als op elk ander vrachtschip. Ik was de Rijnvaart beu en was bang dat ik met die Dortmunder weer in hetzelfde werk terecht zou komen. De Rijnvaart vind ik minder gemoedelijk.’

AIS

Mattijn is van mening dat je regelingen en voorzieningen van de overheid moet benutten. Dat doet hij ook met AIS. Hij is blij met het systeem en noemt het een aanvulling. ‘Ik ben er tevreden mee. Je hoeft niet meer overal te melden. Ik luister als ik rechtdoor vaar gewoon uit en meld me als dat nodig is. Mijn familie kan thuis zien waar ik ben en als iemand bij mij in de sluis ligt, kijk ik hoelang we nog samen schutten.’

Hij gebruikt de AIS ook om gasolie te besparen. ‘Als ik bijvoorbeeld op het Canal du Nord vaar, dan zet ik de AIS op mijn voorganger. Met zijn snelheid kan ik inschatten of hij al in de sluis ligt en daar pas ik mijn snelheid op aan, zodat ik niet onnodig bij de sluis lig te wachten. Op die manier bespaar ik gasolie. Ik heb nog geen elektronische kaart waarop ik andere schepen kan zien.’

De promotie van de spitsenvaart en de andere kleine schepen moet beter, vindt Mattijn. ‘Er zijn bijna geen mensen te vinden die op een spits of een klein schip willen varen en als er al iemand komt, dan krijgt diegene het eigenlijk niet gefinancierd.’

Scheepsgegevens

Scheepsnaam: Nano. Lengte: 39 meter. Breedte: 5,09 meter. Diepgang: 2,43 meter. Tonnage: 342. Europanummer: 02310035. Motor: Scania DS 14, 286 pk. Bouwjaar: 1957. Thuishaven: Nijmegen. Eigenaar: Mitrans.