De Zweeds-Estlandse rederij EstLine die het schip exploiteerde, betaalde indertijd een schadevergoeding van 130 miljoen euro. Toen het strafrechtelijk onderzoek kort daarna werd gestopt, bleef de schuldvraag onbeantwoord. Volgens de klagers waren de scharnieren van de boegklep te licht geconstrueerd en had Bureau Veritas deze constructie nooit mogen toelaten.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.
Bent u al abonnee?