Ziekte dwingt Moby-Dick-S tot stoppen

Cor en Linda van de Stroom-Langeveld van het ms Moby-Dick-S stoppen met varen. Het schip is verkocht. Ze stoppen niet op een leuke manier, want Cor heeft kanker en nog maar een paar jaar te leven. Linda runde aan boord het bevrachtingskantoor Moby-Dick-L scheepvaart en bevrachtingen en zet dat straks aan de wal voort.

Ziekte dwingt Moby-Dick-S tot stoppen

‘We begonnen het bevrachtingskantoor, omdat wij zoveel werk aangeboden kregen dat we voor de keuze stonden om er een schip bij te kopen of een bevrachtingskantoor te beginnen. We kozen voor het bevrachtingskantoor. Ik heb mijn zus in dienst. Zij woont aan de wal. Nu is het handig dat het bevrachtingskantoor er is, want we hebben een enorm leeftijdsverschil en ik moet straks ergens van leven. Ik ben vast besloten om gewoon door te gaan, maar het is natuurlijk klote’, constateert ze.

Cor ging vijf jaar geleden naar de dokter met onschuldige klachten, maar kwam het ziekenhuis niet meer uit. Hij heeft endeldarmkanker en onderging in het ziekenhuis in Beverwijk 28 bestralingen en chemokuren en overleefde een ziekenhuisbacterie die een stuk van zijn been op at. Toen dat achter de rug was kreeg hij te horen, dat ze in dat ziekenhuis nikets meer voor hem konden doen vanwege zijn leeftijd. Zijn vrouw reageerde woest en stapte naar het AVL. Daar opereerden ze hem wel. Al waren ze erg open over de consequenties.

Linda zette het bedrijf in die tijd voort. Het ziekbed van Cor verloopt eenzaam, want niet alle kennissen durven te bellen. Ook weten niet alle klanten dat Cor ziek is. ‘De laatste tijd vragen sommige klanten, waarom het zo leeg klinkt. Dat komt dus omdat we aan het afhuizen zijn’, vertelt Linda.

‘Ik voel mij arm’

Cor heeft dit schip zelf laten bouwen. Linda solliciteerde als matroos bij Cor aan boord. Inmiddels zijn ze 25 jaar samen. Ze bezitten ook nog een bak. Het was de bedoeling om er zelf mee te varen, maar Cor’s ziekte verhinderde dat. Linda verhuurt de bak en blijft dat doen als ze straks aan de wal zitten.

Cor is niet bang voor de toekomst, maar de situatie stemt hem niet vrolijk. ‘Ik vind het erg dat ik Linda achterlaat. Ik zorgde altijd voor haar en nu moet zij mij verzorgen. Daar gaat behoorlijk wat tijd inzitten. We gaan aan de wal het beste maken van de tijd die we nog hebben. Aan boord is het niet leuk meer voor mij en Linda moet alles alleen doen. Ik heb twee stoma’s. Ik heb gehad dat zo’n zak begon te lekken toen de politie het schip controleerde. In principe voel ik mij arm. Het is vreselijk om op je dood te moeten wachten. In feite is mijn leven waardeloos, want mijn hele buik is leeggehaald.’

Vaartijdenboek

Vanwege hun situatie hebben ze niet direct een beeld van hoe de binnenvaart er in de toekomst uit zou moeten zien, maar ze vinden het wel belangrijk dat er meer calamiteitensteigers komen. ‘Als iemand aan boord iets mankeert kun je nergens liggen. Als je al een ligplaats hebt, lig je ’s nachts bij elkaar langszij en moet dus ’s nachts verhalen. Dat verhalen is normaal al bijna niet op te brengen, maar helemaal niet als iemand ziek is.’

Cor ergert zich vreselijk aan de administratie van het vaartijdenboek. ‘Van mij mag het vaartijdenboek worden afgeschaft als het schip een tachograaf heeft. Het invoeren van de rusturen vind ik een zinloze bezigheid. Wij varen van 6 tot 20 uur. Dan lijkt het me logisch dat ik van 20 tot 6 uur rust. Nu heb ik dus een bekeuring gekregen, omdat ik de rusturen niet heb ingevuld. De politie kon me nergens anders op pakken. In al die jaren is daar nog nooit iets van gezegd. Dat komt binnenkort voor, erg nuttig allemaal.’

Poes

Toen Cor in het ziekenhuis lag en het erg slecht ging, kreeg Linda een poes van haar vriendin, zodat ze haar verdriet kwijt kon. De poes is helaas weggelopen op Pier 2 in de Waalhaven. ‘Daarom lagen we daar de laatste tijd veel met het schip. Misschien kwam ze terug. Ik ben zelfs naar een waarzegster geweest. Die vertelde dat de poes nog leefde, maar dat ze de weg niet meer kon terugvinden. Dat gaf me steun, dat er tenminste iets blijft leven waarom ik geef.’ (HDJ)

Scheepsgegevens:
Scheepsnaam:
Moby-Dick-S.
Lengte: 74 meter.
Breedte: 8,20 meter.
Diepgang: 2,90 meter.
Tonnage: 1210 ton.
Europanummer: 2008073.
Motor: Stork Wärtsilä 1400 pk.
Thuishaven: Rotterdam.
Bouwjaar: 1980.
Eigenaar: VOF Moby-Dick-S.

 

Ziekte dwingt Moby-Dick-S tot stoppen | Schuttevaer.nl

Ziekte dwingt Moby-Dick-S tot stoppen

Cor en Linda van de Stroom-Langeveld van het ms Moby-Dick-S stoppen met varen. Het schip is verkocht. Ze stoppen niet op een leuke manier, want Cor heeft kanker en nog maar een paar jaar te leven. Linda runde aan boord het bevrachtingskantoor Moby-Dick-L scheepvaart en bevrachtingen en zet dat straks aan de wal voort.

Ziekte dwingt Moby-Dick-S tot stoppen

‘We begonnen het bevrachtingskantoor, omdat wij zoveel werk aangeboden kregen dat we voor de keuze stonden om er een schip bij te kopen of een bevrachtingskantoor te beginnen. We kozen voor het bevrachtingskantoor. Ik heb mijn zus in dienst. Zij woont aan de wal. Nu is het handig dat het bevrachtingskantoor er is, want we hebben een enorm leeftijdsverschil en ik moet straks ergens van leven. Ik ben vast besloten om gewoon door te gaan, maar het is natuurlijk klote’, constateert ze.

Cor ging vijf jaar geleden naar de dokter met onschuldige klachten, maar kwam het ziekenhuis niet meer uit. Hij heeft endeldarmkanker en onderging in het ziekenhuis in Beverwijk 28 bestralingen en chemokuren en overleefde een ziekenhuisbacterie die een stuk van zijn been op at. Toen dat achter de rug was kreeg hij te horen, dat ze in dat ziekenhuis nikets meer voor hem konden doen vanwege zijn leeftijd. Zijn vrouw reageerde woest en stapte naar het AVL. Daar opereerden ze hem wel. Al waren ze erg open over de consequenties.

Linda zette het bedrijf in die tijd voort. Het ziekbed van Cor verloopt eenzaam, want niet alle kennissen durven te bellen. Ook weten niet alle klanten dat Cor ziek is. ‘De laatste tijd vragen sommige klanten, waarom het zo leeg klinkt. Dat komt dus omdat we aan het afhuizen zijn’, vertelt Linda.

‘Ik voel mij arm’

Cor heeft dit schip zelf laten bouwen. Linda solliciteerde als matroos bij Cor aan boord. Inmiddels zijn ze 25 jaar samen. Ze bezitten ook nog een bak. Het was de bedoeling om er zelf mee te varen, maar Cor’s ziekte verhinderde dat. Linda verhuurt de bak en blijft dat doen als ze straks aan de wal zitten.

Cor is niet bang voor de toekomst, maar de situatie stemt hem niet vrolijk. ‘Ik vind het erg dat ik Linda achterlaat. Ik zorgde altijd voor haar en nu moet zij mij verzorgen. Daar gaat behoorlijk wat tijd inzitten. We gaan aan de wal het beste maken van de tijd die we nog hebben. Aan boord is het niet leuk meer voor mij en Linda moet alles alleen doen. Ik heb twee stoma’s. Ik heb gehad dat zo’n zak begon te lekken toen de politie het schip controleerde. In principe voel ik mij arm. Het is vreselijk om op je dood te moeten wachten. In feite is mijn leven waardeloos, want mijn hele buik is leeggehaald.’

Vaartijdenboek

Vanwege hun situatie hebben ze niet direct een beeld van hoe de binnenvaart er in de toekomst uit zou moeten zien, maar ze vinden het wel belangrijk dat er meer calamiteitensteigers komen. ‘Als iemand aan boord iets mankeert kun je nergens liggen. Als je al een ligplaats hebt, lig je ’s nachts bij elkaar langszij en moet dus ’s nachts verhalen. Dat verhalen is normaal al bijna niet op te brengen, maar helemaal niet als iemand ziek is.’

Cor ergert zich vreselijk aan de administratie van het vaartijdenboek. ‘Van mij mag het vaartijdenboek worden afgeschaft als het schip een tachograaf heeft. Het invoeren van de rusturen vind ik een zinloze bezigheid. Wij varen van 6 tot 20 uur. Dan lijkt het me logisch dat ik van 20 tot 6 uur rust. Nu heb ik dus een bekeuring gekregen, omdat ik de rusturen niet heb ingevuld. De politie kon me nergens anders op pakken. In al die jaren is daar nog nooit iets van gezegd. Dat komt binnenkort voor, erg nuttig allemaal.’

Poes

Toen Cor in het ziekenhuis lag en het erg slecht ging, kreeg Linda een poes van haar vriendin, zodat ze haar verdriet kwijt kon. De poes is helaas weggelopen op Pier 2 in de Waalhaven. ‘Daarom lagen we daar de laatste tijd veel met het schip. Misschien kwam ze terug. Ik ben zelfs naar een waarzegster geweest. Die vertelde dat de poes nog leefde, maar dat ze de weg niet meer kon terugvinden. Dat gaf me steun, dat er tenminste iets blijft leven waarom ik geef.’ (HDJ)

Scheepsgegevens:
Scheepsnaam:
Moby-Dick-S.
Lengte: 74 meter.
Breedte: 8,20 meter.
Diepgang: 2,90 meter.
Tonnage: 1210 ton.
Europanummer: 2008073.
Motor: Stork Wärtsilä 1400 pk.
Thuishaven: Rotterdam.
Bouwjaar: 1980.
Eigenaar: VOF Moby-Dick-S.