De opvarende schepen hadden via de voorsluis iets meer tijd nodig om te schutten dan normaal. Afvarende schepen deden er beduidend langer over, omdat die in de voorsluis moesten wachten tot de opvaart de sluis was ingevaren. Nadat de deur van de sluis gesloten was kon pas het afschutten in de voorsluis plaatsvinden.
Tijdens de laagwaterperiode werden er via de voorsluis soms meer dan 80 schepen per dag geschut. (SW)