Alkaya is 33, geboren en getogen in Amsterdam Nieuw-West, waar hij nog steeds woont met zijn vrouw. ‘Ik vind het fijn zo geworteld te zijn.’
Al zijn hele leven heeft hij een fascinatie voor technologische vooruitgang en techniek. ‘Zoals de scheepvaart.’ Hij studeerde industrieel ontwerpen in Delft, maar besloot na zijn studie dat hij zijn talenten anders wilde inzetten. ‘Tijdens de Kredietcrisis besloot ik dat ik mij wilde inzetten voor de samenleving. Ik begon bij het ministerie van Economische Zaken, en focuste daar op innovatie en ondernemerschap.’
Daar kwam hij ook in aanraking met de maritieme reuzen van het land, zoals Royal IHC, Damen Shipyards en Royal Bodewes.
Alkaya maakt zich graag hard voor de scheepvaart. Die passie voor de maritieme wereld komt van twee kanten. Opa Alkaya kwam ooit als gastarbeider vanuit Turkije naar Nederland en kwam te werken op de NDSM-werf in Amsterdam. ‘Daardoor heeft de scheepvaart altijd al mijn interesse gehad.’ In zijn vrije tijd zeilt en vaart Alkaya graag, en raakte hij bekend met de Nederlandse vaarwegen.
Bijmengverplichting
‘Toen ik woordvoerder werd van verkeer en mobiliteit, legde ik contact met de mensen in deze branche, zoals ik eigenlijk altijd doe. Ik maakte al snel kennis met de Algemeene Schippers Vereeniging (ASV) en hoorde over de problemen met biobrandstoffen. Stilvallende motoren, en het gevaar dat dat met zich meebrengt. Maar ook het gebrek aan milieuwinst’, legt Alkaya uit. ‘Alleen omdat er “bio” in de naam staat, hollen andere linkse partijen er achteraan. Maar de SP heeft een kritische houding tegenover alle biobrandstoffen en ook biomassa. Want hoe duurzaam is het nou om gewassen te telen in verre landen, en dat dan helemaal hier naartoe te verschepen om in onze motoren te verbranden?’
De Kamermotie van Alkaya en zijn SGP-collega Roelof Bisschop leidde tot een onderzoeksopdracht aan het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) naar de veiligheid van biobrandstoffen. Dit onderzoek is nu in de afrondende fase. Maar de 6% bijmenging van biobrandstof in fossiele gasolie, die vanaf volgend jaar wordt verplicht door de Europese Unie, lijkt vooralsnog onafwendbaar. Alleen verdere bijmenging werd voorlopig geschorst door de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Het onderzoek werd vooral aangevraagd om andere partijen te overtuigen dat FAME niet geschikt is, want de SP is sowieso tegen bijmenging. ‘Wij geloven de schippers op hun woord als zij zeggen dat hun motoren uitvallen, en wij zijn niet overtuigd van de duurzaamheidswinst. Maar dat moet nog wel officieel worden vastgesteld, zodat ook andere partijen dit geloven.’
Over de verplichte 6% bijmenging wil Alkaya het gesprek nog aangaan met de sector. ‘Ik merk dat er veel druk wordt gelegd op de schipper. Hoe proportioneel is dat? We gaan het proberen te dwarsbomen. Desnoods sturen we de minister naar Brussel om verder in gesprek te gaan over deze maatregel.’ Alkaya denkt dat hij hiervoor wel een Kamermeerderheid kan behalen, als partijen zwart op wit te zien krijgen dat de bijmengverplichting problemen oplevert.
Collectief oplossen
De SP ziet klimaatverandering als een collectief probleem en niet als ieders individuele verantwoordelijkheid. ‘We moeten het collectief aanpakken.’
De schipper zit volgens Alkaya niet ook met zijn hoofd bij het einde van de eeuw, maar bij het einde van de maand. ‘Verduurzaming moet dan worden vergoed. En niet via persoonlijke leningen die ervoor zorgen dat schippers straks met de schulden zitten.’
‘Binnenvaart troetelkind’
In de Tweede Kamer stoort Alkaya zich regelmatig aan het stemgedrag van andere partijen. ‘We hebben zoveel mogelijkheden om iets met de binnenvaart te doen. Dat wordt zo onderbenut.’
Volgens de SP’er zien veel partijen de sector wel als ’troetelkind’. ‘Ze noemen binnenvaart belangrijk, maar hun stemgedrag komt daarmee niet overeen.’
Als voorbeeld noemt hij het jongste debat over de begroting van Infrastructuur en Waterstaat. De ASV wond zich er toen over op dat de binnenvaart niet werd genoemd en mailde erop los met verschillende politici. ‘We kwamen terug in het tweede deel van het debat en opeens werden schippers overal genoemd. Maar men stemde wel tegen mijn motie! Gelukkig prikken veel schippers daar doorheen.’
Dat de SP zelf ook niet over de binnenvaart sprak, lag volgens Alkaya aan het zetelverlies van de partij. ‘Daardoor hebben we minder spreektijd bij begrotingsbehandelingen en moesten we keuzes maken. Ik had welgeteld drie minuten spreektijd om over alle mobiliteit in ons land te praten.’
Hij vindt het opzienbarend dat in Nederland zo weinig geld gaat naar de natte infrastructuur, terwijl steeds meer geld gaat naar snelwegen. ‘Tuurlijk, we hebben een beperkte pot geld voor infrastructuur. Maar als je dan zegt: misschien moeten we dan afzien van asfalt en dat geld steken in andere dingen, dan zie je dat weinig partijen daartoe bereid zijn.’
Vast in het verleden
In Duitsland ging er wel 200 miljoen euro vanuit het wegenbouwfonds naar de vaarweginfrastructuur. Dat dat in Nederland niet gebeurt, vindt Alkaya gek. ‘De VVD, de grootste partij, wil dat niet. Er zijn zoveel manieren om de wegen te ontzien en een van de voornaamste is meer goederen per schip vervoeren. Volgens de SP staren de meeste partijen zich blind op autowegen. ‘Ze zitten vast in het verleden. De toekomst vraagt om verschuiving van goederenvervoer naar andere modaliteiten, en wat is dan beter dan binnenvaart?’
Tijdens het begrotingsdebat erkenden de minister en staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat dat veel sluizen en bruggen in Nederland in belabberde staat verkeren. ‘Er is gewoon te weinig geld beschikbaar voor al die net na de oorlog gebouwde kunstwerken. Vervolgens dien ik een motie in om meer geld in het laatje te brengen door middel van lastenverzwaring voor multinationals, en daar stemt een meerderheid dan tegen. Al die mooie woorden, daar heeft niemand wat aan als politieke partijen niet de daad bij het woord voegen.’
Dwarsbomen
Als antwoord op zijn Kamervragen kreeg Alkaya begin deze maand te horen dat de kritiek van de ASV op het NEN-onderzoek ongegrond was. ‘Dat vind ik moeilijk om te horen, want ik ben bang dat niet alle onderzoeksvragen kunnen worden beantwoord in de tijd die daarvoor beschikbaar is. Dan moet er ook een vervolgonderzoek komen. Als FAME werkelijk goed zou zijn voor het milieu en de motoren, dan zou natuurlijk niemand tegen zijn. De SP heeft er geen inherent belang bij om dit zomaar te dwarsbomen en de meeste schippers die ik spreek zijn ook voor verduurzaming. ‘
Alkaya vindt ook andere biobrandstoffen verdacht. ‘Die zijn ook niet duurzaam. Duurzaam is een buzzword, en betekent niet altijd dat het in de praktijk ook duurzaam is.’ Opties zoals HVO ziet hij daarom niet per se zitten. Over welke oplossing er dan moet komen, gaat Alkaya verder in gesprek. ‘We moeten het afwachten.’
Wel is volgens hem duidelijk dat ons land te weinig doet aan het verzorgen van goede infrastructuur, veiligheid en hulp bij het financieren van verduurzaming. ‘Wij hebben in Nederland de binnenvaart hoog op de agenda staan, maar we moeten niet het land worden dat als enige nadelig omgaat met deze sector. Het is een Europese maatregel, dus vind ik dat, als er al biobrandstoffen moeten komen, dit in alle landen tegelijk tegen dezelfde prijs en kwaliteit moet gebeuren.’
Lees ook: