Varend Bestaan

Bunkerbootschipper Niels van der Kooi dankt varend bestaan aan aardrijkskundeleraar

‘Druk!’, zegt schipper Niels van der Kooi als hij zijn bunkerboot Lida aanmeert aan de steiger van Gulf Bunkering in de Groningse Eemshaven. ‘Erg druk en warm!’, herhaalt hij als hij voor de tweede keer die dag de bijna 50 meter lange Lida aankoppelt om te laden. De bruingebrande Van der Kooi (31) is die ochtend om half zes uitgevaren voor de eerste bunkering.

Het laden van de Lida wordt nauwlettend in de gaten gehouden. Foto Henk Zuur

Niels woont in Surhuisterveen, op de grens van Friesland en Groningen en stamt niet uit een schippersfamilie. Zijn opa en oma hadden weliswaar een jachtje, maar daar bleef het bij, zegt hij lachend. Toch laat hij er direct op volgen dat zijn oom Anne Schiltstra wél schipper was. Rijnvaartschipper wel te verstaan. Maar dat Niels vrachtwagenchauffeur zou worden, net als zijn vader Rens, lag meer voor de hand. Zelf dacht hij aan kraanmachinist.

Schoolkeuze 

In het tweede leerjaar van de middelbare school tipte aardrijkskundeleraar Kees Boersma de jonge Niels over een opendag voor de schippersopleiding op de Maritieme Academie in Harlingen. Na een bezoek aan het opleidingsschip Prinses Irene, gingen zijn ouders met hem mee naar Harlingen, waar de keuze voor een varend beroep al snel was gemaakt.

Het vrije leven op het water is voor Niels van der Kooi het ideale leven. De naam van aardrijkskundeleraar Boersma komt weer voorbij. Aan hem dankt hij zijn broodwinning, hij was het die hem het duwtje gaf.

Hij begon op 14-jarige leeftijd aan de tweejarige opleiding tot matroos. Van maandag 12 uur tot vrijdag 12 uur werd de Maritieme Academie zijn nieuwe thuis. ‘Dit interne leven is vooral bedoeld om vast te wennen aan de binnenvaart en het langere tijd van huis zijn.’

Na die twee jaar ging Niels de BBL (leren en werken) in: zes weken werken, één week school. Ruim twee jaar voer hij op de Antilope van schipper Bergsma zand en grind naar Drachten. Na een scheepswissel van Bergsma kwam Niels op het droge-ladingschip Waldpoarte, het schip dat jaren later bekend werd van de brand in Schuilenburg.

Na nog een half jaar verplichte vaarperiode ronde Niels van der Kooi op ruim achttienjarige leeftijd zijn opleiding af. Met gepaste trots mocht hij een van de jongste, zo niet dé jongste, schippers van Nederland rekenen.

Twee telefoontjes

Met het schippersdiploma op zak werd het tijd de wereld in te trekken. Hij had twee telefoontjes gepleegd: naar het bunkerbedrijf van Klaas de Boer en naar Bunkerservice Harlingen, onderdeel van Gulf in Harlingen. Beide bedrijven – met werkgebieden Eemshaven, Delfzijl, Harlingen en Lauwersoog – boden goede toekomstperspectieven, waardoor het nog moeilijk kiezen was. Uiteindelijk is het BSH/Gulf geworden. Dit bedrijf is zo’n jaar of vijf geleden overgenomen door de FinCo Groep in Rotterdam, maar ging door onder de naam Gulf Bunkering. Inmiddels staat de jonge Van der Kooi 12,5 jaar op de loonlijst.

Druk

De airco in het stuurhuis van de Lida (capaciteit 470 m³) houdt de temperatuur aangenaam. Na een check aan dek van het verloop van het laden schenkt Niels een tweede kop koffie in. Van een plaatselijke scheepsagent komt een telefoontje met de verwachte aankomsttijd van het te bunkeren schip. ‘Na deze bunkering moet ik naar Delfzijl, voor het volgende schip.’

In het koele stuurhuis van de Lida laat Niels van der Kooi zijn koffie koud worden.

De bunkeropdrachten komen vanaf Den Helder, waar de afdeling bunkersales de bestellingen ontvangt. Vervolgens worden deze doorgespeeld naar de bunkerboten. ‘Via contacten met de lokale scheepsagenten horen we dan hoe laat we langszij kunnen komen. Checklists en datasheets worden afgevinkt en na de bunkering wordt de papierwinkel afgehandeld. En in principe wordt vervolgens weer afgeladen aan het station.

‘Vanmorgen heb ik 180 kuub gebunkerd in Emden. De motoren werden hier in de Eemshaven gestart om half zes. Tegen de klok van enen waren we terug en heeft collega Jacco Scholten met de Gulf Max (capaciteit 215 m³) in de tussentijds ook nog een bootje gedaan. Zometeen gaan we naar de Julianahaven voor de volgende bunkering en daarna richting Delfzijl om morgenochtend een volle bak uit te leveren.’

Alles wat drijft

Er gaat een bepaalde rust en kalmte uit van de jonge schipper. Ook als het er, wat het werk betreft, wat hectischer aan toegaat. Hij weet van aanpakken. Het merendeel van de bunkeringen betreft de zeevaart, de offshore met name. ‘Maar alles wat drijft bunkeren wij hoor’, lacht hij. Ook de binnenvaart neemt een belangrijk deel van de werkzaamheden in.

‘Voor de bakker’, antwoordt hij tussendoor de waterklerk van een scheepsagentuur die de positie van de boot van morgen doorgeeft. Een expediteur meldt dat hij onderweg is met vaten smeerolie voor het depot in Delfzijl. Jacco wordt hierover geïnformeerd. ‘Druk…!’, herhaalt Niels en laat zijn koffie koud worden.

Weer vader

Niels woont samen met Jantina Meyer, die in een revalidatiecentrum in Beetsterzwaag werkt. En hij voetbalt in het team ‘Wy bin neat mear wend’ (Fries voor ‘Wij zijn niets meer gewend’) in Twijzel. Daarnaast hebben Niels en Jantina allebei een motor. ‘Het er samen op uit gaan zal binnenkort wat minder worden’, glundert Niels met pretoogjes. ‘Jantine is zwanger, in januari word ik weer vader!’

De Lida en de Alliantie van bunkerbedrijf Klaas de Boer bij het station Gulf Bunkering aan het Eemskanaal te Farmsum.

De aardigheid van het dagelijks werk? ‘De kleine bunkeringen, het contact, het in weer en wind op pad zijn, de praatjes met de veelal buitenlandse klanten. Maar dan wel graag in het Engels, mijn Duits is brandhout. Maar het is zó’n leven’, zegt hij en steekt zijn duim op. ‘Prachtig! En wie weet wat er no op m’n pad komt.’

Samen met Klaas de Boer is Gulf Bunkering het enige bunkerbedrijf in de regio. ‘Er is een goeie samenwerking over en weer.’ Klaas de Boer huurt een tank op het tankpark van Gulf aan het Eemskanaal in Farmsum. Omgekeerd is dat, in verband met de visserij, het geval in Lauwersoog. In Den Helder bedient Gulf de klanten voor Klaas de Boer.

Lees ook:

Gasoliebevoorrading bunkerstations stokt: ‘Vertraging bij raffinaderijen’

SNS-Pool Peterson stoot 14% minder CO2 uit met ChangeXL

Bunkerbootschipper Niels van der Kooi dankt varend bestaan aan aardrijkskundeleraar | Schuttevaer.nl
Varend Bestaan

Bunkerbootschipper Niels van der Kooi dankt varend bestaan aan aardrijkskundeleraar

‘Druk!’, zegt schipper Niels van der Kooi als hij zijn bunkerboot Lida aanmeert aan de steiger van Gulf Bunkering in de Groningse Eemshaven. ‘Erg druk en warm!’, herhaalt hij als hij voor de tweede keer die dag de bijna 50 meter lange Lida aankoppelt om te laden. De bruingebrande Van der Kooi (31) is die ochtend om half zes uitgevaren voor de eerste bunkering.

Het laden van de Lida wordt nauwlettend in de gaten gehouden. Foto Henk Zuur

Niels woont in Surhuisterveen, op de grens van Friesland en Groningen en stamt niet uit een schippersfamilie. Zijn opa en oma hadden weliswaar een jachtje, maar daar bleef het bij, zegt hij lachend. Toch laat hij er direct op volgen dat zijn oom Anne Schiltstra wél schipper was. Rijnvaartschipper wel te verstaan. Maar dat Niels vrachtwagenchauffeur zou worden, net als zijn vader Rens, lag meer voor de hand. Zelf dacht hij aan kraanmachinist.

Schoolkeuze 

In het tweede leerjaar van de middelbare school tipte aardrijkskundeleraar Kees Boersma de jonge Niels over een opendag voor de schippersopleiding op de Maritieme Academie in Harlingen. Na een bezoek aan het opleidingsschip Prinses Irene, gingen zijn ouders met hem mee naar Harlingen, waar de keuze voor een varend beroep al snel was gemaakt.

Het vrije leven op het water is voor Niels van der Kooi het ideale leven. De naam van aardrijkskundeleraar Boersma komt weer voorbij. Aan hem dankt hij zijn broodwinning, hij was het die hem het duwtje gaf.

Hij begon op 14-jarige leeftijd aan de tweejarige opleiding tot matroos. Van maandag 12 uur tot vrijdag 12 uur werd de Maritieme Academie zijn nieuwe thuis. ‘Dit interne leven is vooral bedoeld om vast te wennen aan de binnenvaart en het langere tijd van huis zijn.’

Na die twee jaar ging Niels de BBL (leren en werken) in: zes weken werken, één week school. Ruim twee jaar voer hij op de Antilope van schipper Bergsma zand en grind naar Drachten. Na een scheepswissel van Bergsma kwam Niels op het droge-ladingschip Waldpoarte, het schip dat jaren later bekend werd van de brand in Schuilenburg.

Na nog een half jaar verplichte vaarperiode ronde Niels van der Kooi op ruim achttienjarige leeftijd zijn opleiding af. Met gepaste trots mocht hij een van de jongste, zo niet dé jongste, schippers van Nederland rekenen.

Twee telefoontjes

Met het schippersdiploma op zak werd het tijd de wereld in te trekken. Hij had twee telefoontjes gepleegd: naar het bunkerbedrijf van Klaas de Boer en naar Bunkerservice Harlingen, onderdeel van Gulf in Harlingen. Beide bedrijven – met werkgebieden Eemshaven, Delfzijl, Harlingen en Lauwersoog – boden goede toekomstperspectieven, waardoor het nog moeilijk kiezen was. Uiteindelijk is het BSH/Gulf geworden. Dit bedrijf is zo’n jaar of vijf geleden overgenomen door de FinCo Groep in Rotterdam, maar ging door onder de naam Gulf Bunkering. Inmiddels staat de jonge Van der Kooi 12,5 jaar op de loonlijst.

Druk

De airco in het stuurhuis van de Lida (capaciteit 470 m³) houdt de temperatuur aangenaam. Na een check aan dek van het verloop van het laden schenkt Niels een tweede kop koffie in. Van een plaatselijke scheepsagent komt een telefoontje met de verwachte aankomsttijd van het te bunkeren schip. ‘Na deze bunkering moet ik naar Delfzijl, voor het volgende schip.’

In het koele stuurhuis van de Lida laat Niels van der Kooi zijn koffie koud worden.

De bunkeropdrachten komen vanaf Den Helder, waar de afdeling bunkersales de bestellingen ontvangt. Vervolgens worden deze doorgespeeld naar de bunkerboten. ‘Via contacten met de lokale scheepsagenten horen we dan hoe laat we langszij kunnen komen. Checklists en datasheets worden afgevinkt en na de bunkering wordt de papierwinkel afgehandeld. En in principe wordt vervolgens weer afgeladen aan het station.

‘Vanmorgen heb ik 180 kuub gebunkerd in Emden. De motoren werden hier in de Eemshaven gestart om half zes. Tegen de klok van enen waren we terug en heeft collega Jacco Scholten met de Gulf Max (capaciteit 215 m³) in de tussentijds ook nog een bootje gedaan. Zometeen gaan we naar de Julianahaven voor de volgende bunkering en daarna richting Delfzijl om morgenochtend een volle bak uit te leveren.’

Alles wat drijft

Er gaat een bepaalde rust en kalmte uit van de jonge schipper. Ook als het er, wat het werk betreft, wat hectischer aan toegaat. Hij weet van aanpakken. Het merendeel van de bunkeringen betreft de zeevaart, de offshore met name. ‘Maar alles wat drijft bunkeren wij hoor’, lacht hij. Ook de binnenvaart neemt een belangrijk deel van de werkzaamheden in.

‘Voor de bakker’, antwoordt hij tussendoor de waterklerk van een scheepsagentuur die de positie van de boot van morgen doorgeeft. Een expediteur meldt dat hij onderweg is met vaten smeerolie voor het depot in Delfzijl. Jacco wordt hierover geïnformeerd. ‘Druk…!’, herhaalt Niels en laat zijn koffie koud worden.

Weer vader

Niels woont samen met Jantina Meyer, die in een revalidatiecentrum in Beetsterzwaag werkt. En hij voetbalt in het team ‘Wy bin neat mear wend’ (Fries voor ‘Wij zijn niets meer gewend’) in Twijzel. Daarnaast hebben Niels en Jantina allebei een motor. ‘Het er samen op uit gaan zal binnenkort wat minder worden’, glundert Niels met pretoogjes. ‘Jantine is zwanger, in januari word ik weer vader!’

De Lida en de Alliantie van bunkerbedrijf Klaas de Boer bij het station Gulf Bunkering aan het Eemskanaal te Farmsum.

De aardigheid van het dagelijks werk? ‘De kleine bunkeringen, het contact, het in weer en wind op pad zijn, de praatjes met de veelal buitenlandse klanten. Maar dan wel graag in het Engels, mijn Duits is brandhout. Maar het is zó’n leven’, zegt hij en steekt zijn duim op. ‘Prachtig! En wie weet wat er no op m’n pad komt.’

Samen met Klaas de Boer is Gulf Bunkering het enige bunkerbedrijf in de regio. ‘Er is een goeie samenwerking over en weer.’ Klaas de Boer huurt een tank op het tankpark van Gulf aan het Eemskanaal in Farmsum. Omgekeerd is dat, in verband met de visserij, het geval in Lauwersoog. In Den Helder bedient Gulf de klanten voor Klaas de Boer.

Lees ook:

Gasoliebevoorrading bunkerstations stokt: ‘Vertraging bij raffinaderijen’

SNS-Pool Peterson stoot 14% minder CO2 uit met ChangeXL