Vervoermarkt chemicaliëntankers trekt aan

De markt voor zeegaande chemicaliëntankers trekt aan nu producttankers deze markt vanwege de oorlog in Oekraïne steeds vaker verlaten. ‘Zolang we een wereldwijde recessie kunnen vermijden, zouden we het heel goed in deze markt moeten kunnen doen’, is de overtuiging van CEO Niels G. Stolt-Nielsen van tankrederij Stolt-Nielsen.

Erik van Huizen Londen, 23 juni 2022, 07:10

Dat de markt voor de chemicaliëntankers van Stolt-Nielsen steeds beter gaat draaien, komt overigens niet alleen door de oorlog in Oekraïne. Ook worden relatief weinig nieuwe chemicaliëntankers gebouwd. Als iemand vandaag van deze schepen bestelt, dan zouden ze pas rond 2026 in de vaart kunnen komen. ‘De markt voor chemicaliëntankers ontwikkelt zich gunstig voor ons. Aan de vraagzijde verlaten de producttankers vanwege de oorlog in Oekraïne eindelijk ons segment. Landen betrekken hun geraffineerde producten niet meer uit Rusland, waardoor meer vraag naar de producttankers in tonmijlen ontstaat. Als gevolg hiervan zien we eindelijk een significante versterking van de chemicaliëntankermarkt. Deze sector is de afgelopen 15 jaar financieel niet gezond geweest. We hebben dus nog veel in te halen.’

Hartverscheurend

Hoewel de oorlog in Oekraïne dus gunstig lijkt uit te pakken voor de rederij, is Stolt-Nielsen ook duidelijk over het conflict. ‘Het is hartverscheurend en ronduit beangstigend om te zien wat er in Oekraïne gebeurt. Ik hoop oprecht dat er snel een vreedzaam einde komt aan dit conflict.’

De oorlog in Oekraïne is volgens Stolt-Nielsen eveneens een wake-up call voor degenen die niet helemaal op de hoogte zijn van de gevolgen van het Klimaatakkoord van Parijs. ‘Ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat we onze natuurlijke hulpbronnen moeten sparen en de vervuiling moeten verminderen. Maar we hebben vandaag niet de technologie om dit doel te bereiken. We hebben nog steeds olie en gas nodig hebben om onze economie aan te drijven totdat we een duurzaam alternatief hebben.’

Energiecrisis

De huidige energiecrisis met hoge olie- en gasprijzen komt volgens de CEO onder meer doordat te weinig is geïnvesteerd in de olie- en gassector. ‘Banken, pensioenfondsen, hedgefondsen en anderen hebben het afgelopen decennium gemeld dat ze niet meer in olie en gas gaan investeren. Als gevolg daarvan worden we nu geconfronteerd met een situatie van tekorten. Het duurt vier tot vijf jaar om nieuwe olie- en gasvelden te ontwikkelen. Het resultaat is dat er nu helaas een recordhoeveelheid steenkool wordt gebruikt ter vervanging van olie en gas. Ik moet toegeven dat ik al verschillende keren tegen mezelf heb gezegd: de wereld is gek geworden.’

Lees ook: