Gebroken

Dit weten we nu over het gezonken zandschip Courage

Het Belgische binnenvaartschip Courage ligt grotendeels onderwater in het zandgat bij Deest. Daar plooide het gisteren tijdens het laden van zand. Wat weten we tot nu toe over het incident? En hoe nu verder met het 110 meter lange schip?

Alleen het voorschip van de Courage steekt nog boven het water uit.

Het schip

De Courage kwam in 1974 in de vaart als Muli. Ze was de derde en laatste in een serie op de werf van Gebr. Elfring in Haren, Duitsland. Dit zouden binnenvaartschepen van 125 meter worden. Een tot dan toe nieuwe lengte. Als eerste kwam de Jumbo in de vaart. Dat schip plooide later in de Put van Terneuzen. Het kreeg na de bouw geen Rijnvaartverklaring, volgens de website van Vereniging De Binnenvaart. Of dat na of voor het plooien in Terneuzen gebeurde is onduidelijk. Vast staat dat het schip na het plooien is ingekort naar 110 meter.

Het tweede schip in de serie kwam in 1974 in de vaart als Bison. Dat schip is nog voor de oplevering ingekort naar 110 meter. En als laatste van de drie kwam de Muli, de latere Courage, ook in 1974 in de vaart. Niet als 125-meterschip, maar een maatje kleiner. Daarbij speelde mee dat de schepen geen Rijnvaartverklaring kregen en daardoor moeilijk konden worden verkocht. De Bison, de tweede van de serie, vaart sinds 2008 onder de naam Meare. Dit schip lijkt amper nog op haar twee zusterschepen, alleen het achterschip is hetzelfde. In de jaren ’90 kreeg het namelijk een ander voorschip.

Eerdere namen Courage

  • 1974 – Muli
  • 1977 – Prorato II
  • 1989 – Hudebo
  • 1991 – Helena Geertje
  • 2000 – Ariza
  • 2003 – Ariba. Pauwels in Dendermonde
  • 2008 – Ambro
  • 2014 – La Mattanza

Bron: Vereniging De Binnenvaart

De ingekorte Jumbo kreeg in 1984 de naam Carabella. Op 30 mei 1996 brak dit schip ter hoogte van Xanten op de Duitse Rijn. Het schip was toen geladen met 3700 ton rails en brak midden in de vaarweg, waarna het zonk. De vaarweg bleef daardoor enige weken geblokkeerd. Het Nederlandse schip veroorzaakte daarmee een ‘file’ van maar liefst 140 schepen, schreef de PZC destijds.

Over dit ongeval stond in een paper van de Universiteit van Duisburg-Essen over het zinken van schepen: ‘De oorzaken zijn niet altijd menselijke fouten, slecht weer of iets dergelijks. Steeds vaker zijn deze te wijten aan het algehele structurele falen van schepen. Een zeer spectaculair geval voor de media was bijvoorbeeld het breken van de Carabella in mei 1996 op de Rijn bij Wesel.’

De oorzaak

En ook nu is de oorzaak de grote vraag. Het droge-ladingschip was zand aan het laden. Dat gebeurt vanuit de Rotterdam 55, een drijvende zandfabriek. In het kader van project Geertjesgolf is Nederzand bezig met het winnen van zand tussen Deest en Winssen. Nederzand is voor Schuttevaer nog onbereikbaar gebleven, maar in De Gelderlander stelde Gaby Huisman van Nederzand: ‘Het kan een menselijke fout aan boord zijn geweest. Daar wordt bepaald hoe het schip wordt beladen. Er kan ook iets technisch aan de hand zijn geweest met dit schip. Ik wil daar nu niet over speculeren. Dit wordt ongetwijfeld onderzocht.’

Tekst gaat verder onder de foto

Het binnenvaartschip Courage, waar alleen het voorschip nog zichtbaar van is. Naast het gezonken schip is de Rotterdam 55 te zien.

Binnenvaartschepen plooien en breken vaker. Recente voorbeelden zijn de Renske in Evergem, een grindschip in Emden en dit schip dat zout loste in Rotterdam. Schuttevaer deed navraag bij experts en de meest genoemde mogelijke oorzaak is een combinatie van puntbelasting en metaalmoeheid. Schepen die vaker verkeerd worden beladen, krijgen op een bepaald punt veel belasting te verduren. Dat gaat vaak goed, maar het werkt hetzelfde als met een paperclip. Wanneer die vaak genoeg heen en weer wordt bewogen, breekt hij op een gegeven moment. Daarbij speelt mee dat de Courage 50 jaar oud is.

De Onderzoeksraad voor de Veiligheid (OVV) doet geen onderzoek naar het ongeval. ‘Voor de binnenvaart doen we dat alleen wanneer er veel gewonden zijn gevallen of er sprake is van milieuontreiniging. Dat is beide niet het geval’, laat een woordvoerder van de OVV. Inmiddels is er een video opgedoken, waar te zien is hoe het schip volloopt met water en daardoor onder water verdwijnt.

Tekst gaat verder onder de foto

Aan de achterkant steekt alleen de Belgische driekleur nog boven het water uit, de rest van het achterschip is verdwenen.

De berging

Het schip zal nu moeten worden geborgen. Schade-expertisebureau Doldrums is ter plaatse. Doldrums rapporteert aan de verzekeraar over de hoogte van de schade, de reparatiekosten en ook over de oorzaak. Doldrums wil niets over de zaak zeggen. Meerdere schippers in het zandgat hebben ook een busje van maritiem dienstverlener Hebo gespot. Hebo heeft in opdracht van Rijkswaterstaat olieschermen geplaatst rond het schip. Hebo was onder meer verantwoordelijk voor het bergen van de Renske, in samenwerking met Multraship.

Hebo laat desgevraagd weten geïnteresseerd te zijn in de berging van het schip. ‘Wij zouden maandag al kunnen beginnen. Met drie bokken kunnen we het schip in vier dagen boven water krijgen’, laat Hebo weten. Of Hebo het schip ook daadwerkelijk gaat bergen zal naar verwachting dit weekend blijken. Tot dan hebben bergingsbedrijven de tijd om hun aanbieding te doen. Koole Contractors laat weten zich nog te beraden of ze een poging gaan wagen. Ook Multraship laat weten een aanbod te gaan doen.

De zandwinning

De drijvende zandfabriek Rotterdam 55 draait gewoon door. Een schipper die ook in het zandgat ligt laat weten dat er normaal aan beide kanten van de Rotterdam 55 kan worden geladen en nu nog maar aan één kant. De andere kant is namelijk geblokkeerd door de gebroken Courage.

De Courage was zand aan het laden in Deest. Achter het schip is de Rotterdam 55 te zien: de drijvende zandfabriek. Foto Persbureau Heitink