De verkoop van de terminal, die uit een buitenterrein, loodsruimte en een zeekade bestaat, aan Havenbedrijf Amsterdam is in april gesloten. Tegelijkertijd hebben IGMA, een dochter van Cargill, en Havenbedrijf Amsterdam een huurovereenkomst getekend.
IGMA gaat de kavel met een oppervlak van ruim 37.000 m2 aanwenden voor op- en overslag van agri-producten als soja en mais voor haar klanten. Deze producten worden aangevoerd bij IGMA door diverse grote verladers met name vanuit Zuid-Amerika. De terminal moet na de zomer operationeel zijn.
Sterkere positie
Koen Overtoom, operationeel directeur Havenbedrijf Amsterdam noemt de transactie ‘mooie en strategisch zeer belangrijk’. ‘Aankoop en directe verhuur van deze terminal geeft een impuls aan onze activiteiten en versterkt de positie van de haven van Amsterdam als internationale logistieke hub voor agri-producten.’
Voor klanten van Cargill is het een gelegenheid hun logistiek en distributie beter te managen, zegt directeur Rob Hansen. ‘Zo kunnen zij op hun beurt hun klanten beter van dienst zijn.’ De Cargill-directeur onderstreept ook de grotere aantrekkingskracht van Amsterdam als agri hub.