Speedbootschipper hoort weer cel- en werkstraf eisen

Het Openbaar Ministerie (OM) in Leeuwarden heeft in hoger beroep een celstraf van 291 dagen waarvan 260 dagen voorwaardelijk en een werkstraf van 240 uur geëist tegen een nu 52-jarige man uit Leeuwarden, die meer dan 7 jaar geleden met een speedboot bestuurde op het Prinses Margrietkanaal bij Grou tegen een binnenvaartschip voer. Bij de aanvaring viel een dode.

De man kreeg in een eerder hoger beroep al dezelfde eis te horen. De Hoge Raad oordeelde toen dat het onderzoek naar alcoholgebruik niet correct was verlopen. Verdachte had een ademonderzoek moeten krijgen en geen bloedonderzoek. Bovendien was de man voor het bloedonderzoek niet in de gelegenheid gesteld toestemming voor dat onderzoek te geven. De Hoge Raad oordeelde dat de zaak terug moest naar het gerechtshof in Leeuwarden voor een nieuwe behandeling in hoger beroep.
Niet voor drankgebruik
De advocaat-generaal, vertegenwoordiger van het OM bij hoger beroep, heeft nu voor het drankgebruik vrijspraak gevraagd. De advocaat-generaal vindt dat er dan weliswaar geen wettig bewijs is voor het onder invloed besturen van een varend schip, maar blijft bij de eerdere eis. ‘Op basis van ander bewijs kan het ongeval aan verdachte worden verweten, waarbij een teveel aan alcohol een rol heeft gespeeld.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.

Abonneer

Speedbootschipper hoort weer cel- en werkstraf eisen | Schuttevaer.nl

Speedbootschipper hoort weer cel- en werkstraf eisen

Het Openbaar Ministerie (OM) in Leeuwarden heeft in hoger beroep een celstraf van 291 dagen waarvan 260 dagen voorwaardelijk en een werkstraf van 240 uur geëist tegen een nu 52-jarige man uit Leeuwarden, die meer dan 7 jaar geleden met een speedboot bestuurde op het Prinses Margrietkanaal bij Grou tegen een binnenvaartschip voer. Bij de aanvaring viel een dode.

De man kreeg in een eerder hoger beroep al dezelfde eis te horen. De Hoge Raad oordeelde toen dat het onderzoek naar alcoholgebruik niet correct was verlopen. Verdachte had een ademonderzoek moeten krijgen en geen bloedonderzoek. Bovendien was de man voor het bloedonderzoek niet in de gelegenheid gesteld toestemming voor dat onderzoek te geven. De Hoge Raad oordeelde dat de zaak terug moest naar het gerechtshof in Leeuwarden voor een nieuwe behandeling in hoger beroep.
Niet voor drankgebruik
De advocaat-generaal, vertegenwoordiger van het OM bij hoger beroep, heeft nu voor het drankgebruik vrijspraak gevraagd. De advocaat-generaal vindt dat er dan weliswaar geen wettig bewijs is voor het onder invloed besturen van een varend schip, maar blijft bij de eerdere eis. ‘Op basis van ander bewijs kan het ongeval aan verdachte worden verweten, waarbij een teveel aan alcohol een rol heeft gespeeld.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.

Abonneer