Brandbrief aan Rutte: ‘Meer geld voor mobiliteit’

In een brandbrief aan minister-president Rutte roepen 24 organisaties dit en het komend kabinet op aanzienlijk meer aandacht te geven aan en geld te investeren in mobiliteit. Daarbij ook de binnenvaartorganisaties CBRB en BLN-Schuttevaer, het Centraal Overleg Vaarwegen, verladersorganisatie EVO en de zee- en binnenhavens.

Brandbrief aan Rutte: ‘Meer geld voor mobiliteit'

Door Dirk van der Meulen
Geld is volgens de partijen (‘de nationale coalitie’) nodig voor meer verbindingen, betere doorstroming en meer comfort op wegen en fietspaden en voor verbeteringen op het spoor, op het water en in de lucht. Die verbeteringen zijn nodig voor de toekomstige welvaart en het welzijn van Nederland.

Extra investeringen

De partijen constateren gezamenlijk dat de mobiliteit van reizigers, recreanten, bedrijven en vervoerders in Nederland stagneert nu de economie weer groeit. Daarom zijn extra investeringen in weg-, luchtvaart-, spoor-, fiets-, waterinfrastructuur onvermijdelijk.

‘Goede verbindingen schragen het verdienvermogen van Nederland. Dat is noodzakelijk om alle andere belangrijke voorzieningen in ons land betaalbaar te houden. De mobiliteit van Nederland is het afgelopen jaar exponentieel toegenomen waardoor, ook volgens het CPB, extra investeringen noodzakelijk en rendabel zijn. Het vrijspelen van 10 miljard euro door het infrastructuurfonds met twee jaar te verlengen is, gezien de huidige ontwikkeling, niet afdoende.’

Nederland Waterland

Doorstroming, ook over water, is volgens de briefschrijvers essentieel in een 24-uurs economie zoals de Nederlandse. ‘Nederland beschikt over een uniek en uitgebreid vaarwegen- en binnen- en zeehavennetwerk dat alle economische kerngebieden met elkaar verbindt. Zowel voor bedrijven die de aan- en afvoer van hun goederen via deze weg goedkoop en efficiënt kunnen regelen, als voor recreanten die met hun boten de middenstand in menig dorp van inkomen voorzien, zijn onze binnenwateren alsook onze binnen- en zeehavens heel belangrijk.
‘Maar dan moeten we er wel met elkaar voor zorgen dat de kwaliteit van de voorzieningen in stand gehouden wordt en sluizen en bruggen geen sta in de weg vormen voor de doorstroming. Dat is nu wel het geval met een beperking op bediening van bruggen en sluizen, achterstallig onderhoud aan vaarwegen, bruggen en viaducten en een toenemende regeldruk’, schrijven de organisaties aan premier Mark Rutte.

Na bezuinigen nu weer investeren

Na het uitbreken van de financiële crisis hebben opeenvolgende kabinetten besloten fors te bezuinigen op het ‘Infrastructuurfonds’ voor aanleg en onderhoud van waterwegen, spoorwegen en autowegen. Met afspraken uit achtereenvolgens het Gedoogakkoord 2010, het Lenteakkoord 2012, het Regeerakkoord 2012 en het Aanvullend pakket 2013 is tot en met 2028 in totaal voor zo’n 26 miljard euro op de begroting van het ministerie van Infrastructuur en Milieu bezuinigd waarvan 12 miljard uit het Infrastructuurfonds.

Projecten zijn vertraagd of geschrapt en onderhoud is versoberd. Daarnaast is de ‘vrije ruimte’ uit het Infrastructuurfonds vrijwel helemaal aan projecten toegekend, waardoor er geen flexibiliteit meer is om nieuwe knelpunten aan te pakken.

Om de gevolgen van de bezuinigingen enigszins op te vangen, heeft het ministerie van Infrastructuur en Milieu wel ingezet op maatregelen om bestaande infrastructuur beter te benutten. Dat is goed, menen de organisaties, maar meer aandacht voor noodzakelijke investeringen is nodig. Vooral ook omdat prognoses laten zien dat zelfs bij relatief lage economische groei, de bereikbaarheid de komende jaren steeds verder onder druk komt te staan. ‘Een stevige financiële injectie in het infrastructuurfonds is dan ook onontkoombaar.’

Projecten

Een lijst met voorbeelden van nog niet geprogrammeerde of vertraagde projecten onderschrijft volgens de 24 organisaties de noodzaak veel meer geld vrij te maken dan tot nog toe gepland. In de brief aan minister-president Rutte wordt een reeks voorbeeldgenoemd.

Sluiscapaciteit: Gezien de verwachte groei van overslag in de zeehavens zal ook het volume transport over water toenemen. Daarom moeten bijvoorbeeld de belangrijke Volkerak-, Kreekrak- en Krammersluizen worden uitgebreid. In heel Nederland moeten sluizen optimaal bediendworden voor recreatie- en beroepsvaart. Na 2017 is het onzeker of er afdoende middelen beschikbaar zijn voor optimale bediening van bruggen en sluizen. Investeren in bediening op afstand is onontkoombaar.

Brughoogten: Binnenvaarttransport, logistiek en recreatievaart ondergaat een voortdurende ontwikkeling in schaalgrootte. De stapeling van containers op binnenvaartschepen reikt nu tot 4 hoog. Maar helaas zijn veel bruggen op hoofdvaarwegen nog niet ingericht op deze hoogten. Investeren in verhoging van bruggen over de Maas en het Amsterdam Rijnkanaal zijn verstandige investeringen voor de toekomst.

Havens: Samen met de havens van Zeeland, Amsterdam, Moerdijk en Eemshaven vormt mainport Rotterdam een maritiem netwerk die tot de beste van de wereld behoort. Om die logistieke hub maximaal te laten werken voor Nederland moet zij optimaal bereikbaar blijven over land, maar ook over zee.Voorbeelden van projecten die opgepakt moeten worden zijn het verbeteren toegang haven Vlissingen door optimaliseren vaargeul ter hoogte van de Wielingen, het uitdiepen van de Nieuwe Waterweg, Rijksfinanciering voor de Calandspoorboog, tijdige vervanging van de Suurhoffbrug en van de Moerdijkbrug op de A16, aanpak van de files op de aan- en afvoerroutes zoals de A16 en de A8- A9.
Er zijn adequate spooraansluiting nodig voor de ontsluiting van de haven Rotterdam naar het Europese achterland (PHS-GON) en voor de Haven Moerdijk. Maar ook de aanleg van een korte spoorverbinding (8km) naar het Belgische spoor en de haven Gent langs de oostkant van het Kanaal van Gent naar Terneuzen.

Brandbrief aan Rutte: ‘Meer geld voor mobiliteit’ | Schuttevaer.nl

Brandbrief aan Rutte: ‘Meer geld voor mobiliteit’

In een brandbrief aan minister-president Rutte roepen 24 organisaties dit en het komend kabinet op aanzienlijk meer aandacht te geven aan en geld te investeren in mobiliteit. Daarbij ook de binnenvaartorganisaties CBRB en BLN-Schuttevaer, het Centraal Overleg Vaarwegen, verladersorganisatie EVO en de zee- en binnenhavens.

Brandbrief aan Rutte: ‘Meer geld voor mobiliteit'

Door Dirk van der Meulen
Geld is volgens de partijen (‘de nationale coalitie’) nodig voor meer verbindingen, betere doorstroming en meer comfort op wegen en fietspaden en voor verbeteringen op het spoor, op het water en in de lucht. Die verbeteringen zijn nodig voor de toekomstige welvaart en het welzijn van Nederland.

Extra investeringen

De partijen constateren gezamenlijk dat de mobiliteit van reizigers, recreanten, bedrijven en vervoerders in Nederland stagneert nu de economie weer groeit. Daarom zijn extra investeringen in weg-, luchtvaart-, spoor-, fiets-, waterinfrastructuur onvermijdelijk.

‘Goede verbindingen schragen het verdienvermogen van Nederland. Dat is noodzakelijk om alle andere belangrijke voorzieningen in ons land betaalbaar te houden. De mobiliteit van Nederland is het afgelopen jaar exponentieel toegenomen waardoor, ook volgens het CPB, extra investeringen noodzakelijk en rendabel zijn. Het vrijspelen van 10 miljard euro door het infrastructuurfonds met twee jaar te verlengen is, gezien de huidige ontwikkeling, niet afdoende.’

Nederland Waterland

Doorstroming, ook over water, is volgens de briefschrijvers essentieel in een 24-uurs economie zoals de Nederlandse. ‘Nederland beschikt over een uniek en uitgebreid vaarwegen- en binnen- en zeehavennetwerk dat alle economische kerngebieden met elkaar verbindt. Zowel voor bedrijven die de aan- en afvoer van hun goederen via deze weg goedkoop en efficiënt kunnen regelen, als voor recreanten die met hun boten de middenstand in menig dorp van inkomen voorzien, zijn onze binnenwateren alsook onze binnen- en zeehavens heel belangrijk.
‘Maar dan moeten we er wel met elkaar voor zorgen dat de kwaliteit van de voorzieningen in stand gehouden wordt en sluizen en bruggen geen sta in de weg vormen voor de doorstroming. Dat is nu wel het geval met een beperking op bediening van bruggen en sluizen, achterstallig onderhoud aan vaarwegen, bruggen en viaducten en een toenemende regeldruk’, schrijven de organisaties aan premier Mark Rutte.

Na bezuinigen nu weer investeren

Na het uitbreken van de financiële crisis hebben opeenvolgende kabinetten besloten fors te bezuinigen op het ‘Infrastructuurfonds’ voor aanleg en onderhoud van waterwegen, spoorwegen en autowegen. Met afspraken uit achtereenvolgens het Gedoogakkoord 2010, het Lenteakkoord 2012, het Regeerakkoord 2012 en het Aanvullend pakket 2013 is tot en met 2028 in totaal voor zo’n 26 miljard euro op de begroting van het ministerie van Infrastructuur en Milieu bezuinigd waarvan 12 miljard uit het Infrastructuurfonds.

Projecten zijn vertraagd of geschrapt en onderhoud is versoberd. Daarnaast is de ‘vrije ruimte’ uit het Infrastructuurfonds vrijwel helemaal aan projecten toegekend, waardoor er geen flexibiliteit meer is om nieuwe knelpunten aan te pakken.

Om de gevolgen van de bezuinigingen enigszins op te vangen, heeft het ministerie van Infrastructuur en Milieu wel ingezet op maatregelen om bestaande infrastructuur beter te benutten. Dat is goed, menen de organisaties, maar meer aandacht voor noodzakelijke investeringen is nodig. Vooral ook omdat prognoses laten zien dat zelfs bij relatief lage economische groei, de bereikbaarheid de komende jaren steeds verder onder druk komt te staan. ‘Een stevige financiële injectie in het infrastructuurfonds is dan ook onontkoombaar.’

Projecten

Een lijst met voorbeelden van nog niet geprogrammeerde of vertraagde projecten onderschrijft volgens de 24 organisaties de noodzaak veel meer geld vrij te maken dan tot nog toe gepland. In de brief aan minister-president Rutte wordt een reeks voorbeeldgenoemd.

Sluiscapaciteit: Gezien de verwachte groei van overslag in de zeehavens zal ook het volume transport over water toenemen. Daarom moeten bijvoorbeeld de belangrijke Volkerak-, Kreekrak- en Krammersluizen worden uitgebreid. In heel Nederland moeten sluizen optimaal bediendworden voor recreatie- en beroepsvaart. Na 2017 is het onzeker of er afdoende middelen beschikbaar zijn voor optimale bediening van bruggen en sluizen. Investeren in bediening op afstand is onontkoombaar.

Brughoogten: Binnenvaarttransport, logistiek en recreatievaart ondergaat een voortdurende ontwikkeling in schaalgrootte. De stapeling van containers op binnenvaartschepen reikt nu tot 4 hoog. Maar helaas zijn veel bruggen op hoofdvaarwegen nog niet ingericht op deze hoogten. Investeren in verhoging van bruggen over de Maas en het Amsterdam Rijnkanaal zijn verstandige investeringen voor de toekomst.

Havens: Samen met de havens van Zeeland, Amsterdam, Moerdijk en Eemshaven vormt mainport Rotterdam een maritiem netwerk die tot de beste van de wereld behoort. Om die logistieke hub maximaal te laten werken voor Nederland moet zij optimaal bereikbaar blijven over land, maar ook over zee.Voorbeelden van projecten die opgepakt moeten worden zijn het verbeteren toegang haven Vlissingen door optimaliseren vaargeul ter hoogte van de Wielingen, het uitdiepen van de Nieuwe Waterweg, Rijksfinanciering voor de Calandspoorboog, tijdige vervanging van de Suurhoffbrug en van de Moerdijkbrug op de A16, aanpak van de files op de aan- en afvoerroutes zoals de A16 en de A8- A9.
Er zijn adequate spooraansluiting nodig voor de ontsluiting van de haven Rotterdam naar het Europese achterland (PHS-GON) en voor de Haven Moerdijk. Maar ook de aanleg van een korte spoorverbinding (8km) naar het Belgische spoor en de haven Gent langs de oostkant van het Kanaal van Gent naar Terneuzen.